Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het Nederlandse lied in de Gouden Eeuw (1991)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het Nederlandse lied in de Gouden Eeuw
Afbeelding van Het Nederlandse lied in de Gouden EeuwToon afbeelding van titelpagina van Het Nederlandse lied in de Gouden Eeuw

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.34 MB)

Scans (22.45 MB)

XML (0.92 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

studie
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het Nederlandse lied in de Gouden Eeuw

(1991)–Louis Peter Grijp–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Anderhalve strofen

Een bijzonder vernuftige toepassing van het asynchronieprincipe vindt men bij Pers:

Stemme: 100. Psal. Ghy Volckeren, &c.
Of, Christe ghy die zijt dagh en licht
Of, Onse Vader in Hemelrijck. Drie versen voor twee gesongenGa naar eind339.

Psalm 100 en ‘Christe ghy die zijt dagh en licht’ hebben vierregelige strofen en zo heeft Pers zijn lied ook ingedeeld. In ‘Onse Vader in Hemelrijck’ hebben de strofen zes regels; ze zijn dus anderhalf maal zo lang. We moeten nu de regels van drie strofen hergroeperen tot twee (‘drie verzen voor twee zingen’):

[pagina 217]
[p. 217]

Ps. 100/Christe Tekst: Onze Vader:
 
  Nu sit ick hier en kijck vast toe,  
1 En ben schier van dit wachten moe,  
  Waer toe dient Heer dat ghy vertreckt,  
  Het schijnt ghy met mijn preecken geckt. 1
 
  2. Ick kend u goetheydt en u trouw,  
2 En dat u 't queadt haest rouwen sou.  
  De doodt is my nu geen verdriet,  
  En daerom acht ick 't leven niet.  
 
  3. Wel Iona sprack Godt! zy dy gram? 2
3 Stracks hy syn wegh ten Oosten nam,  
  Daer hy sich berghd' in eene tent,  
  Tot hy de Stadt sou sien geschent.  

Elders presenteert Pers deze asynchrone relatie omgekeerd: zesregelige strofen met een wijsaanduiding waarin de asynchronie niet uitdrukkelijk wordt vermeld:

Stemme: Onse Vader in Hemelrijck.
Of de vier eerste regelen, Op de Stemme, van den hondertsten PsalmGa naar eind340.

De lezer herinnert zich wellicht nog het merkwaardige herhalingsvoorschrift van Wilhelm Sluiter, waarin hij de laatste twee regels van psalm 100 liet herhalen in een lied dat ook op het Onze Vader kon worden gezongen (p. 204). Dit kan nu worden verklaard uit Pers' hier geciteerde wijsaanduiding, door Sluiter blijkbaar overgenomen en veranderd (hij substitueerde voor psalm 100 zijn eigen lied ‘Mind niet het leven dat vergaet’). Sluiter zal niet hebben begrepen dat het om een asynchroon strofeverloop ging en heeft zijn toevlucht genomen tot het herhalen van de laatste regels van de psalmmelodie om de incongruentie van de strofen op te heffen.

eind339
Urania 1648, p. 61: ‘Nu sit ick hier en kijck vast toe’.
eind340
Urania 1648, p. 125, voor ‘Als Jesus te Jerusalem’.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken