Het Nederlandse lied in de Gouden Eeuw
(1991)–Louis Peter Grijp– Auteursrechtelijk beschermdHerhalingen weglatenIn het Devoot ende profitelyck boecxken komen ook wijsaanduidingen voor waarbij wordt voorgeschreven herhalingen weg te laten: Op die selve wise, sonder den derden regel te verhalen, want die versen vijf regulen lanc sijn. [...]Ga naar eind312 | |
[pagina 205]
| |
Het lied (no. 176) heeft vijf tekstregels per strofe, het voorafgaande lied (no. 175)Ga naar eind313 vier. In verband met de vijfregelige melodie wordt van lied 175 steeds een tekstregel herhaald, de derde. In lied 176, dat op dezelfde wijs gaat, zingt men in plaats van de tekstherhaling een nieuwe regel tekst. De melodie blijft hierbij even lang (vb. 34). De wijsaanduiding suggereert dus wat we situatie B hebben genoemd: er komt een tekstherhaling te vervallen.
Voorbeeld 34: DEPB nrs. 175 (geen wijsaanduiding) en 176 (wijsaanduiding: Op die selve wise, sonder den derden regel te verhalen, want die versen vijf regulen lanc sijn. Oft op die wise Hierusalem is so schoonen stadt). Melodie naar DEPB no. 175
1 175: Mijn tijt gaet wech, en ic daer met
2 Mijn le - ven en mach niet due - ren
3 Ick wil mi kee - ren on - be - let
4 Ick wil mi ke - ren on - be - let
5 Van al - le cre - a - tu - ren.
1 176: Heer Jhe - su wilt ghi mi bi staen
2 Ick ligghe in quel-linghen seer be - vaen
3 Be - last met zwa - re zon - den
4 Mocht ic my noch ver - mey - den gaen
5 Al in Je - sus won - den.
Niet alleen een tekstherhaling, ook een muzikale herhaling kan worden weggelaten (situatie D). Boven lied 115 heet het: Op die selve wise/ maer het en heeft maer acht regulen/ ende daer om singt men den derden ende vierden regel niet/ ghelijck den eersten ende tweedenGa naar eind314. ‘Die selve wise’ is ‘Tandernaken’, waarvan de melodie enkele nummers eerder is afgedrukt (no. 112). Deze heeft tien regels tegen het contrafact acht, zodat er twee muzikale frasen moesten vervallen. Zetten we woorden onder de noten (vb. 35) dan blijkt dat de nieuwe tekst wel degelijk op de melodie van Tandernaken is gedicht. Vooral de herhalingen in beide teksten corresponderen opvallend: (112)
Och voer de doot en is troost en is troost noch boet
Met rechte mach ick mach ick wel kermen
| |
[pagina 206]
| |
(115)
Ick hiels mi aen dese aen dese wilde zee
Ende daer vant ick, ende daer vant icker twee.
Voorbeeld 35: DEPB no. 115. Wijsaanduiding: Op die selve wise, maer het en heeft maer acht regulen, ende daer om singt men den derden ende den vierden regel niet, ghelijck den eersten ende tweeden. Melodie (Tandernaken) naar DEPB no. 112
1 Ick hiels mi aen de - se aen de - se wil - de zee
2 Ende daer vont ick, ende daer vont ick - er twee
3 [vervalt]
4 [vervalt]
5 Het was de siele, si was met druck be - vaen
6 Si sprack tot ha - ren enghel, en troost van hem te ont - faen
7 Ick moet u cla - ghen [cla - ghen] mijn ver - driet
8 Die vi - ant, die we - relt, mijn ey- ghen vleesch
9 Sij willen mi van mijn lief - ken [mijn lief - ken] ver - ja - ghen
10 Eest won - der dat ick cla - ghe [dat ick cla - ghe]?
| |
[pagina 207]
| |
De aanwijzing om de derde en vierde muzikale frasen - herhalingen van de eerste twee - weg te laten vloeit in dit geval dus niet voort uit het gebruik van een niet-oorspronkelijke melodie (omwijzing). De uitgever geeft hier een ‘natuurlijke’ strofische variant aan. |
|