De ware wellevendheid heeft niets uit te staan met naastenliefde, doch komt alleen uit zelfrespect voort.
Een beschaafd man kan niet haten, omdat hij iemand die daarvoor in aanmerking zou komen een zo krachtige drift niet waard acht.
Beschaving en propaganda zijn nooit te rijmen. Het is het eerste kenmerk van een beschaafd man dat hij er niet aan denkt zijn meningen aan een medemens op te dringen. Ja, een mening verliest voor hem aan waarde en betekenis, naarmate deze meer verspreid wordt.
Er bestaan beschaafde en onbeschaafde barbaren. De laatste zijn het talrijkst, de eerste het gevaarlijkst.
Het verlangen naar de kwakzalver is een ieder ingeschapen. Het zich ontworstelen daaraan is een eerste kenmerk van beschaving.
Men is niet beschaafd zolang men niet erkent dat er een onoplosbare tegenstelling bestaat tussen leven en beschaving.
De waarde van de mens wordt mede bepaald door de mate en de wijze waarop de natuur ìn hem zich onderscheidt van de natuur óm hem; waarin hij dus zijn oorspronkelijke gegevens veredeld en verbijzonderd heeft.
Men verwerft kennis, men bezit cultuur.
Zij die behoefte gevoelen het begrip cultuur te bepalen, bewijzen daarmede dat zij geen cultuur bezitten.
Een tijdperk, een volk, een geslacht noem ik niet barbaars wanneer het zonder beschaving is, doch eerst wanneer het die afwezigheid van beschaving niet als een gemis erkent.
Men vergist zich door een optisch bedrog als men denkt dat de negervolken langzaam de berg van de beschaving ópklimmen. Wij glijden er, vrij snel, af.