Verzamelde werken. Deel 2. De school der poëzie(1948)–Herman Gorter– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 367] [p. 367] VII Er gaat een storm naar Eenheid, dat 's de schoonheid, er gaat een ontvlamming en dat 's de schoonheid, er gaat een kiemen op in vele harten. Er gaat een oogst op die eeuwen in zwarten grond lag. Teeder ontspruit de liefde waar te droomen zij lag en broederschap in klaarte. En broederschap zij is de schoonheid, en nieuwe liefde zij is de schoonheid. Schoonheid zij is dat klare hooge worden tusschen de menschen van organisatie, zij spreekt uit elke daad die ééne natie de arbeiders maakt en in dàt willende woorden. Schoonheid zij is beweging die nu leeft, zij is de woeling die het leven heeft. Vorige Volgende