Verzamelde werken. Deel 2. De school der poëzie(1948)–Herman Gorter– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 242*] [p. 242*] [‘Hoe meer het lichaam kan worde' aangedaan] ‘Hoe meer het lichaam kan worde' aangedaan, des te meer aandoeningen kent de geest, want van alles wat is binnen onze leest kent de geest de aard zooals de zee de maan, die haar beeld in donkren boezem doet staan der zee die breed zich welft. En ook zoo leest de gedachte menig ding, menig beest, als aandoening van 't lichaam van een man. En die gedachte sluit dus de natuur van 't aandoend lichaam en het aangedaan in zich, want ze is gedacht der aandoening, en geeft dus niet de natuur van één ding, maar de gesteldheid van het lichaam aan dat 't beeld ontving, als de zee der maan vuur.’ Vorige Volgende