Verzamelde werken. Deel 2. De school der poëzie(1948)–Herman Gorter– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 241*] [p. 241*] [‘Altijd bewege' in ons aandoeningen] ‘Altijd bewege' in ons aandoeningen, wij voelen een lichaam worden aangedaan, wij voelen den lach siddren en de traan leeken langs de wang. Dus in God, die den geest van ons uitmaakt, is al dat geken van onze aandoening. Dus 't voorwerp van onzen geest is een lichaam, en meer kan 't voorwerp niet zijn, daar hij niet anders kenn'. Hieruit zien wij dus wat die eenheid is van geest en lichaam, en hoe de mensch bestaat uit geest en lichaam - en dat hoe sterker is het lichaam veel te lijden en te doen, de geest ook sterker is en meer in staat om meer waar te nemen en meer te doen.’ Vorige Volgende