Van Abraham tot Zacharia. Thema's uit het Oude Testament in religie, beeldende kunst, literatuur, muziek en theater
(1993)–Louis Goosen– Auteursrechtelijk beschermdElisawas een boer die door Elia vanachter zijn ploeg vandaan werd geroepen om hem te volgen en met hem de taak van profeet op zich te nemen. Elisa trad vooral op de voorgrond onder Joram en Jehu, »koningen van het Noordrijk in de tweede helft van de 9e eeuw. Hij deed niet onder voor zijn leermeester in de kracht van zijn extatische profetieën, die door muziek werden begeleid. Bij de hemelvaart van zijn grote leermeester nam hij diens profetenmantel over. Daarna werd hij door de profetenzonen in Jericho begroet en als hun leider erkend. Elisa, die voornamelijk vanuit Gilgal en Samaria opereerde, zette het werk van Elia voort door zich vooral te richten tegen de vreemde cultussen waaraan de Israëlieten zich overgaven, tot hij in de tijd van koning Joas (799-784 v.C.) stierf. Elisa, wiens naam betekent: ‘God helpt’, verrichtte vele wonderen. Zo reinigde hij met zout een vervuilde bron bij Jericho. Kinderen die hem voor kaalkop uitscholden, vervloekte hij, waarna zij door berinnen werden verscheurd. Zoals Elia kon ook hij op wonderbaarlijke wijze voedsel vermenigvuldigen. Een vrouw die bedreigd werd door haar schuldeisers kon hij helpen door uit één kruik vele vaten te vullen. Van hem onbekende vruchten kon hij voor zijn profeten een smakelijke moes bereiden, zoals hij zijn kring van honderd man dankzij broodvermenigvuldiging ook kon voeden met slechts enkele broden. Een kinderloze Sunammitische vrouw die hem gastvrij had ontvangen, beloonde hij doordat zij toch nog zwanger kon worden gemaakt door haar oude man en het leven schonk aan een zoon. Toen de jongen later stierf trok de vrouw met het lijkje naar Elisa die, boven op de jongen liggend, met zijn lichaamswarmte het kind tot leven wekte. De Aramese legeraanvoerder Naäman verloste hij van een huidziekte, die verdween toen de man zich op aanwijzing van de profeet zeven maal waste in de Jordaan. De hem daarop aangeboden geschenken weigerde hij. Toen een dienaar van Naäman desondanks talenten zilver in zijn huis verborg werd het nageslacht van deze dienaar geslagen met de huidziekte waarvan zijn heer verlost was. Een ijzeren bijl die in het water gevallen was liet hij boven drijven. En nog na zijn dood werkte zijn wonderkracht. Bij de begrafenis van een dode wierp men bij de plotselinge inval van een bende het lijk in het half gedolven graf. De gestorvene kwam in aanraking met Elisa's gebeente en keerde tot het leven terug. Elisa bleef ageren tegen de goddeloosheid van de koningen van Noord- en Zuidrijk, en zalfde tenslotte de overste Jehu tot koning. Deze Jehu doodde de koningen en roeide het hele geslacht van Achab (»Koningen) uit. Diens weduwe Izebel werd uit het paleisraam geworpen vanwaar zij Jehu had gehoond. Overeenkomstig een voorspelling van Elia werd haar lijk door honden verslonden.
Waarschijnlijk vrij spoedig na de dood van Elisa moeten berichten over zijn persoon en zijn optreden, vermeerderd met legenden, verzameld zijn en later bij de redactie door de | |
[pagina 81]
| |
auteur van het tweede boek der Koningen (hst. 2-13) ingeweven. De koran vermeldt Al-Jasa (Elisa) onder de profeten voor Mohammed. De wonderbaarlijke genezing van Naäman werd vooral door Jezus' verwijzing daarnaar bekend (Luc. 4,27). Martinus van Tours, de grootste van de wonderdoeners in het vroegchristelijke Westen, imiteerde Elisa's genezing door lichaamscontact. Hieronymus
Constantijn van Renesse, Elisa vervloekt de spottende kinderen, gravure, 1653.
Rijksprentenkabinet, Amsterdam. heeft een bericht over zijn graf in Sebaste en een christelijke legende wil dat zijn gebeente in Ravenna terecht zou zijn gekomen en tot in het begin van de 17e eeuw in de San Lorenzo in Rome zou zijn bewaard. Zijn hoofd - zegt men - wordt nu bewaard in de Sant'Apollinare Nuovo in Ravenna. De Karmelorde beschouwt hem als haar tweede stichter. Elisa werd, in aansluiting op de scheldpartij van de kinderen, al vroeg kaal voorgesteld | |
[pagina 82]
| |
(sarcofaag einde 4e eeuw Milaan). In de Biblia Pauperum was de begroeting van Elisa door de profetenzonen type voor Jezus' intocht in Jeruzalem, de genezing van Naäman voor de doop van Jezus (gewelfschildering 13e eeuw in de Sankt Maria Lyskirche Keulen), en de bespotting van Elisa door de kinderen voor de doornenkroning. De voorspelde dood van Izebel, uit het venster geworpen en verslonden, kwam voor als bijbelillustratie (Wenceslas-bijbel 14e eeuw Wenen), in de 16e-eeuwse grafiek (houtsnede 1560 van Solis; tekeningen van Bramer naar Van Couwenbergh, Rijksmuseum Amsterdam), op een Oostenrijks reliëf van Schärding ca. 1575 en op een schilderij ca. 1875 van Toudouze. De belevenissen van Elisa met de Sunammitische vrouw, in de middeleeuwen soms type voor dodenopwekkingen door Jezus (muurschildering einde 14e eeuw Emmaüsklooster Praag), intrigeerden in de 17e eeuw Rembrandt en zijn omgeving: zijn voorgangers Maerten de Vos en Lastman en zijn leerlingen Ferdinand Bol ca. 1650 en Van den Eeckhout 1662/67. Rembrandt zelf koos voor het Londense schilderij uit 1640 het ongebruikelijke, spannende moment van haar vertrek naar de profeet, waarop haar man nog geen vermoeden heeft van de dood van zijn zoon en beiden nog niets weten van zijn opleving (2 Kon. 4,20-24). Ferdinand Bol schilderde bovendien, voor het Amsterdamse Leprozenhuis (het werk uit 1661 bevindt zich nu in het Historisch Museum te Amsterdam), de weigering van de geschenken na de genezing van Naäman. Uit de 18e eeuw zijn er schilderijen van Johann Zick ca. 1750 en Benjamin West ca. 1775 met de opwekking van de zoon van de weduwe. De gruwelijke wraak van Elisa op de spottende kinderen werd - na de grafiek uit de 16e en 17e eeuw van onder meer Schön ca. 1515 en ca. 1625 zowel De Bruyn, Bloemaert als Vrancx - in de 17e eeuw ook gekozen door schilders als Breenbergh ca. 1630, Wouwerman ca. 1650 en een anonymus uit die tijd (Rijksmuseum Amsterdam). In de vier grisailles van De Wit ca. 1740 in het stadhuis te Amsterdam representeert Elisa, die immers de geschenken weigerde na de genezing van Naäman, de afkeer van materiële zaken, zoals andere figuren andere voor stadsbestuurders wenselijke deugden representeren: Abraham godvrezendheid, Jeremia waarheidsliefde en Jozef wijsheid. In 1585 en 1590 werd in Freiburg en in Ingolstadt een toneelstuk opgevoerd van de in 1562 overleden Gretser onder de titel Naaman Syrus over de betreffende episode uit het optreden van Elisa. Oratoria over leven en daden van Elisa schreven Colonna/Neri 1668, Ariosti/Neri (Le profezie d'Eliseo nell'assedio di Samaria, 1705) en Fux/Pariati 1719. Segal 1935. |
|