Nieuw Nederlandtsch caertboeck
(1616)–A. Goos, Reinier Telle– Auteursrechtvrij
[pagina 48]
| |
[pagina 49]
| |
Beschrijvinge des hertogdoms van Lutzenburg.Ga naar margenoot+HET Hertogdom van Lutzenburgh ontleent sijnen name van de hooftstadt sijnes lands, de welcke van waer sy den haren treckt wy hier na zullen aenwijzen. Dit Hertogdom heeft tot sijn grensen int noorden het Bisdom van Luyck ende Graefschap van namen: int zuyden het Hertogdom van Lorraine: int oosten den vloedt Mosel met het Aertsbisdom van Triere, ende int westen ten dele de zelve Mosel, ten dele 'tbosch van Ardennen. Is een zeer bergachtich landt, ende vol bosschen, begrijpende in hem zelven wel het meeste deel van't voorsz bosch van Ardennen, waer door oock het gantsche Hertogendom Ga naar margenoot+in twe quartieren ghedeelt wordt. Het ene deel heet Famenne, ende is vruchtbaer van koren ende alderley leeftocht, hebbende oock enighe Mijnen, ende meerderley soorten van levendige steen, ende gevende zo wat Ga naar margenoot+Wijnen: het andere noemt-men Ardenne, 'twelck eer onvruchtbaer ghezeydt mach worden dan anders, als niet gevende dan een weynich rogghe, met wat erten, bonen, ende dierghelijcke. Doch dese onvruchtbaerheydt heeft de natuere willen vergelden met een grote overvloedigheydt van velerhande Wildt, dat in Ga naar margenoot+Nederlandt mogelijck sijns ghelijcke niet en heeft in goerheydt, als met name Herten, Hinden, Deynen oft wilde Geyten, Hasen ende Konijnen: ende van verscheyden gevogelte, dat men in andere Landen qualijck Ga naar margenoot+vindt. Onder andere zijnder zekere vogelkens die sy in haer tale noemen Caurettes, den quartels bynaest ghelijck, maer ghespickelt van veren, roodt van ogen ende voeten, wit van vleesche, ende zo goet van smake als men zoude kunnen wenschen. Door dit Hertogdom vloeyen verscheyden Rivieren, waer van de Mosel verre de principaelste is, die na een lange loop van veel mijlen weegs, hare wateren eyntelijck recht Ga naar margenoot+by Covelents, een Stadt in't Aertsbisdom van Triere, vermengt met den Rhijn. Dit Landt begrijpt Ga naar margenoot+ontrent 70 mijlen in't ronde, ende heeft twintich bemuerde Steden, namelijck Lutzenburg, dat de Hoofdstadt is, Arlon, Rodemakere, Theonville, andersins Dietenhove, Gravenmakre, Koningmakre, Dierich, Direton, Echternach, Vianden oft Viandalen, Bastonac, Mommedij, Nieu-kasteel, Danvilliers, Marveil, Roche in Ardenne, Durby, Sint Vyt, Marche, ende Salme. Daer zijn behalven deze moch verscheyden andere goede plaetsen, die eertijts Steden geweest zijn, maer namaels door de Fransche oorloge oft by Ga naar margenoot+verdrach van vrede hare mueren verloren hebben, als met name Ivois, Chiny, ende la Ferte. Oock zijnder veel goede Sloten gelijck kleyne Stedekens, als met name dat van Sint-Ian liggende twe mijlen van Ga naar margenoot+Lutzenburg, ende dat van Manderscheyt, ontrent achte, welcke beyde den titel voeren van Graefschappen, Ga naar margenoot+Ende dan telt-mender elf hondert negen en tsestich Dorpen, waer onder vele zeer schoon ende groot zijn, als Ga naar margenoot+Rochette, Avio, Sint Hubert, ende meer andere. In dit Hertogdom zijn zeven Graefschappen, verscheyden Baronien, ende zeer veel andere Heerlijckheden. Zo datter geen Lantschap en is in alle de Nederlanden, dat naer advenant van zijn grootte zo veel Edeldoms uytlevert als dat van Lutzenburg. Ende leyden deze Edelluyden, elck na sijn staet, een hoofsch ende heerlijck leven, zijnde oprecht, deuchtzaem, gestadich, Ga naar margenoot+ende haren Landshere zeer getrouwe. Hare oeffeningen zijn de wapenen ofte de jacht. Sy gaen heuselijc | |
[pagina 50]
| |
ende vriendelijck met malkanderen om, d'een den anderen op haer Sloten ende Kastelen dickmaels bezoekende, ende grote vrymoedigheyt over en weder gebruyckende. Vermaegschappen sich gemeynlijck met haer gebueren, meer ziende op de qualiteyt ende deucht der personen, dan op den rijckdom. Die onder haerluyden yets bedrijft dat sijne achtbaerheyt ofte reputatie te na gaet, wordt by hun zo af-schuwelijck, dat hy sich niet meer en derf laten vinden in enich goet ende eerlijck gezelschap, wordt oock niet gevordert tot enige staten ofte officien, noch voor rechte oft daer buyten meer ghelooft. Als sy onder malkanderen enigen twist oft geschil hebben, zo stellen ende ghedragen sy 'tselve terstont aen enige Segsluyden van haren doene, die 'tmet vriendschap ter neder leggen, zonder dat sy veel Advocaten oft Procureurs daer over moeyen. In somma sy brengen haer leven geluckiglijck ende met vrolijckheyt over, dan zijn wat te veel genegen totGa naar margenoot+ den Wijn, ende gebruycken zulcken autoriteyt ende strengigheyt tegen haer Onderzaten, dat sy de zelve genoech tracteren als slaven, zo dat de arme Boeren hare kinderen niet en moghen besteden oft uyt-hylicken, noch yets bedrijven daer enighe macht aen hangt, zonder voorgaende verlof ende konsent van hare Heren, welcke in dezen dele sich niet en schicken na de vryheyt die alle andere Nederlanders ghenieten, maer na de oude wijze der Belgen, waer van Iulius Caesar in sijne Commentarien overvloedelijck spreeckt. De StadtGa naar margenoot+ ende staet van Lutzenburg, eerst een Graefschap gheweest hebbende, is tot een Hertogdom ghemaeckt, zo enighe zeggen, by Wenceslaus Koning van Romen ende Bohemen, De Nederlandtsche Chronijcken willen dat het geschiet zy by Keyser Caerle de vierde in't jaer 1346. Andere by den Keyser Hendrick de zevende, gesproten uyt den huyze van Lutzenburg, ende Grave vant zelve landt, in den jare ons Heren 1309. DeGa naar margenoot+ Staten dezes Hertogdoms bestaen in drie leden, Prelaten, Edelen, ende Steden. De Stadt Lutzenburg, die (gelijck alrede gezeyt is) het gantsche Hertogdom den naem geeft, ontleentGa naar margenoot+ den haren, na dat enige zeggen willen, hoewel gebrokener wijze van den vloet Alisuncia, in ghemeyne tale genoemt de Elze, welcke door de Stadt henen vloeyt, ende 'tbergachtige deel der zelve scheyt van het neder deel gelegen in een valleye: uyt deze luyden haer schrijven zoude Lutzenburg zo veel gezeyt zijn als Elzenburg. Maer andere brengen den naem af van het half Latijnsche woordt Lucis-burgum, dat zoo veel teGa naar margenoot+ zeggen is als een Burg des Lichts. Deze geven tot reden van haer zeggen, dat nadien de Inwoonders van deze quartieren hier voortijds wonderlijck zeer ghenegen zijn geweest tot den dienst der Afgoden, het daer uyt is af te nemen, dat sy hare Steden ende andere principale plaetsen genoemt hebben na de zelve hare Goden, ende inzonderheyt na de zweef-sterren ofte Planeten, ende zoude alzo de Stadt Lutzenburg een Burg des Licht geheten zijn na de Sonne, die als de fonteyne des Licht is. Gelijck Arlon, een Stadt in dit zelfde Hertogdom, zo veel zoude betekenen als Ara Lunae, dat is, den Autaer der Mane: ende Ivois, als men de o voor de u zet, verandert in Iovis, 'twelck dan even zo veel is als de Stadt ofte Tempel van Iupiter. De bevestigen sy noch daer mede, dat men in dit zelve Hertogdom vindt de Stadt Mars, toegenaemt in Famenne, het grote Dorp Mercurt, ende (dat noch 'tmeeste van allen is) de Stadt Theonville, die sy meynen dat haren naem heeft van alle Goden. De verstandighe Lezer mach uyt deze twe opinien kiezen die hem best schijnt met de waerheydt over een te komen. Wy gaen voort ende zegghen dat | |
[pagina 51]
| |
Ga naar margenoot+Lutzenburg is een wel ghelegene, grote, stercke, ende redelijck schoon betimmerde Stadt, hoewel datter door de langduerige Fransche oorlogen veel huyzen vervallen zijn, die de Inwoonders van armoede niet Ga naar margenoot+en hebben wederom kunnen opbouwen, maer teffens moeten verlaten. De Hoofdkercke is gewyet ter ere van Sint Niclaes, ende dan isser noch een schoon Klooster van de Minnebroeders orden, dat men zegt gefondeeert te wezen by't leven van Sint Francois. In dit Convent ligt begraven Ian van Lutzenburg, Koning van Beman, zone van Keyser Hendrick de zevende, ende vader van Keyzer Caerle de vierde, overleden in't jaer 1348. In de Stadt van Lutzenberg rezideert oock het Hof ofte Raet Provinciael van dit Ga naar margenoot+Landtschap, bestaende uyt een President ende zeker getal van Raedsheren, Grieffiers, Secretarisen, ende andere minder Officieren. Door dit Hof pleyt men in Hoogduytsch oft Francoys, na dat dan de partyen uyt het Duytsche ofte Walsche quartier dezes Landschaps geboren zijn, want in de Steden van Lutzenburg, Arion, Rodemarck, Theoville ende meer andere spreeckt men duytsch: daerentegen die van Ivois, Mommedy, Marveil, ende Danvuliers gebruycken de Franche tale, ende daerom moeten de Rechters ende andere Officieren beyde de talen kunnen verstaen ende spreken. De appellen van deze Rade gaen aen't Parlement van Mechelen, ende worden aldaer de Hoogduytsche schriftueren ghetrouwelijck overgezet in het Fransch. Ga naar margenoot+Arlon, van wiens name wy korts te voren ghesproken hebben, is ghelegen op de Kruyne van een berg, vier mijlen van Lutzenburg, ende zesse van Mommedy. Placht een goede Stadt te wezen, maer is deur de oorlogen zeer vervallen. Ga naar margenoot+Rodemakeren ligt drie mijlen van Lutzenburg, een goet kleyn stedeken, met een sterck Kasteel. Ga naar margenoot+Theonville, in Duytsch Dietenhoven, van wiens name wy mede hier voren ghesproken hebben, is zeer bequamelijck gelegen aen de slincker kant van de Mosel, vier mijlen van Lutzenburg ende zo veel van Metz in Lorraine. Heeft een schone brugge over de Riviere, ende is een goede, stercke, ende wel verzorgde Stadt. Regino noemtse in't Latijn Theolonis Villam, ende zegt dat Caralou Magnus daer ontrent veeltijds plach Ga naar margenoot+te jagen. Gravenmakere ende Koningmakere zijn twe kleyne Stedekens aen de Mosel, liggende een mijl Ga naar margenoot+van malkander verscheyden, ende vijf mijlen van Lutzenburg. Ga naar margenoot+Dierich is gelegen aen het Rivierken Sure, vijf mijlen van Lutzenburg. Ga naar margenoot+Ga naar margenoot+Vireton ende Echternach zijn twe Stedekens ligghende in verscheyden ghewesten, doch even verre van Lutzenburg, te weten ontrent zes mijlen. Ga naar margenoot+Vianden, oft (zo andere schrijven) Viandalen ligt op een kleyn Rivierken, zeven mijlen van de hoofdtak des Lands, ende is een Graefschap, toebehorende den Vorstelijcken huyse van Nassou. Ga naar margenoot+Bastonack ligt by 'tbosch van Ardennen, drie mijlen van Nieu-kasteel, ende achte van Lutzenburg, een goet kleyn stedeken, dat men ghemeynlijck noemt Parijs in Ardennen, uyt oorzake van de grote beest ende koren-marckt die men daer hout, op den welcken het gantsche Landt sijn waren te koop brengt, tot groot gerijf ende profijt van de plaetse. Tusschen deze Stadt, Arlon, ende Sint Hubert liggen zommige Dorpen Ga naar margenoot+in't voorsz bosch, daer ick en weet niet door wat middel ingeslopen is die zeldzame maniere vande Vrouwen | |
[pagina 52]
| |
in Spaenjen, die wanneer sy de dode Lichamen van hare Mannen vergezelschappen na den grave, zo huylen, roepen, ende schreeuwen sy langs der straten, ja smijten ende trecken sich 'thayr uyt den hoofde, ende krabben haer aenzicht met de naghelen open, niet anders dan of sy dul ende uytzinnich waren, een zede die eer den Heydenen, als den Christenen is betamende. Mommedy ligt op een hogen berg, onder aen de welcken vloeyt de watervloedt Chiers, ontrent 9 mijlen van Lutzenburg, ende viere van Danvilliers, is een goede ende zeer stercke Stadt.Ga naar margenoot+ Nieu-kasteel in Ardennen, liggende vijf mijlen van Ivois, ende negen van Lutzenburg, is een goet kleynGa naar margenoot+ Stedeken, doch niet zo goet ende sterck als hier voortijds. Danvilliers ligt twaelf mijlen van Lutzenburg, ende vier van Verdun in Lorraine.Ga naar margenoot+ Marveil behoort voor d'een helft den Hertogh van Lutzenburg toe, voor d'ander die van Lorraine, endeGa naar margenoot+ wordt daerom ghenoemt Ville commune, dat is, de ghemeyne Stadt. Ligt aen de Chiers, twaeld mijlen van Lutzenburg. La Roche in Ardenne, en Durby liggen even verre Lutzenburg, te weten twaelf mijlen, ende zijn tweGa naar margenoot+Ga naar margenoot+ goede plaetsen, die beyde den name dragen van Graefschappen. Sint Vyt is een zeer kleyn, maer schoon ende lutisch Stedeken, liggende twaelf mijlen van de Hoofdstadt des Landts, ende mede toebehorende den Doorluchtigen Huyse van Nassou.Ga naar margenoot+ Twe mijlen verder van Lutzenburg dan Sint Vyt, ligt Salme, een rijcke ende wel bevolckte Stadt, dieGa naar margenoot+ mede den titel heeft van een Graefschap. Marche, oft (zo andere zegghen) Mars in Famenne, een oude ende tamelijck goede Stadt, ligt mede 14Ga naar margenoot+ mijlen van Lutzenburg. Van de Kastelen ende vernaemste Dorpen des Landts van Lutzenburg, en zullen wy, kortheyts halven, alhier niet spreken, maer alleen ten korsten overlopen de drie voorghenoemde nu ontmuerde Steden, onder welcke voor eerst is Ivois, liggende 12 mijlen van Lutzenburg, ende viere van Mommedy, eertijdsGa naar margenoot+ een goede en stercke Stadt, maer van de Francoisen ingenomen in't jaer 1552. ende daer na weder ghegheven aen Koning Philips de twede van Spaenjen, door den pays tusschen hem ende Vranckrijck ghemaeckt, mits conditie dat men hare mueren afbreken ende slechten zoude, als die van Terwanen, ende genoeg tot een wederwrake van de zelve plaetse, zonder dat mense immermeer zoude mogen vermaken. Chiny, mede liggende 12 mijlen van Lutzenburg, is oock ontmuert geworden door de oorloge, dan wortGa naar margenoot+ allengskens gherepareert. Draegt (hoewel de Ertshertogen toekomende) den titel van een Graefschap, ende heeft jurisdictie over zommige andere Steden, Dorpen ende Landen, zo dat in de mandaten, van wegen den Hove Provinciael dezes Hertogendoms uytgaende, den titel van Grave van Chiny altijt ghevoegt wordt by die van Hertoge van Lutzenburg. Elf mijlen van Lutzenburg op de Chiers ligt la Ferte, wel-eer een goede Stadt, ende sich noch zoo redelijck ophoudende, alhoewel zonder mueren, ghelijck mede haer Kasteel dele vervallen leyt. Ende daerGa naar margenoot+ mede willen wy de beschrijvinge van dit Hertogendom eyndigen. |
|