Gedichten en rijmen(1836)–J.J.A. Goeverneur– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 140] [p. 140] Adams ontwaken. Naar 't Italiaansch van Menzoni. Toen, in des Heilands zwaarste lijdens-stonde, De bergen dreunden, de aard' heur' donkren schoot En grafspelonken sidderende ontsloot, Drong 't licht ook door tot Adams diepe sponde. Hij sloeg den blik verwonderd in het ronde, Zag Hem aan 't kruishout worstlen met den dood, En wendde ontzet het oog, van tranen rood, En vroeg: wie toch daar bloedde uit wond bij wonde? Hij hoorde 't, en, van killen schrik bevangen, Rukt hij zich 't haar, door de eeuwen wit gebleekt, Uit hoofd en baard, ontvleescht de holle wangen En jammert luid, daar hij tot Eva spreekt: Ziet gij den Heer daar ginds aan 't vloekhout hangen? Ik heb door u Hem voor dien dood gekweekt! Vorige Volgende