De zevenslapers.
Er waren 'reis drie zevenslapers, die sliepen zeven jaren zonder wakker te worden; daarom noemde men hen de zevenslapers. Toen nu de zeven jaar om waren, werd een van hen wakker, wreef zich de oogen eens uit, gaapte en zei: ‘Daar brult een os!’ Toen strekte hij zich weer uit en sliep met de beide anderen andermaal zeven jaar. Toen nu weer zeven jaar om waren, werd de tweede wakker, wreef zich de oogen, gaapte en zei: ‘'t Was eene koe.’ Toen strekte hij zich weer uit en sliep met de beide anderen nog eens zeven jaar.
Na nog weer zeven jaar werd de derde wakker, wreef zich de oogen, gaapte en zei:
Laat ons maar rustig slapen.’
Dat waren de zevenslapers. Als ze later niet weer wakker zijn geworden, dan slapen ze nu zeker nog.