8. | Ook word Ul. behalven dien ter hand gesteld een bewarigd afschrivt van d instructie an t galjoot de Noord op sijn laatste togt den 15 Octobris 1688 bij ons overreijkt, dewelke wij Ul. beveele in allen deelen voor sooveel met desen niet komt te strijden gehoorsaamst t agtervolgen, ende selve te houden als of van woordt tot woord in deesen geinsereerd was. |
9. | Bij voorval van saaken, die rijpelijk overlegt moeten wesen en die raadspleging vereijschen, sal de schipper Pieter Jansz. Timmerman den scheepsraad doen vergaderen en in denselve preesideren en bij aldien de stemmen komen te staaken twe stemmen hebben. Naast hem sal volgen Laurens van Swaanswijk, die geduurende de reis de plaats van boekhoudersal bekleeden. Naast desen sal volgen de stuurman Theunis Gerbrandsz. van der Schellingh. Ten vierden sal de quartiermeester Cornelis Heeremans als stuurman sessie nemen. Ten vijfde Jan van Aaken, die als teikenaar van alle gedierte, gewassen en wesmeer anmerkens waardig is, mede gaat. |
10. | En eindelijk opdat Ul. voorspoedigh moogt vaaren en an onse verwagting voldoen soo beveelen wij Ul. seer ernstelijk God als den gever alles goeds, onophoudelijk voor oogen te houden en hem vieriglijk s morgens en savonds in den gebede opentlijk en na s scheepsgebruik an te roepen opdat sijn vaderlijke hand Ul. overal geleide en na verrigter saak in de bhaij de la Goa Ul. met geluk en goede verrigting daarvan daan herward voorspoedig voeren en dat wij gelegenheid hebben een ieder van Ul. na verdienste te beloonen, Vaarwel ter wijtblijven. |
Onderstond: Ul. toegenegen, was geteekend S. van der Stel.
In margine stond: In t casteel de Goede Hoop den 24 Octobris 1689.
Concordat
J.G. de Grevenbroek
secrts.