Dichtwerken (deel 1 en 2)
(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend
[pagina 192]
| |
Weerde God hem 't eeuwenoude
doodkleed, wierde 't vrij daarvan,
Vlanderen lief, herleven zoude
't hert van uwen dichter dan!
Mochte mij des levens vorste
staande blijven, zoo veel tijd,
dat ik, met der waarheid, dorste
zeggen dat gij Vlanderen zijt!
Mochte mij de dood dan grijpen,
niet en duchtte ik haar met al,
en ik riepe, in 's stervens nijpen:
Vlanderen, wilt het leven, 't zal!
16-11-1890
|
|