Dichtwerken (deel 1 en 2)(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [Dapper strijen de musschen tusschen] Dapper strijen de musschen tusschen 't hout, dat op de boomen staat; eer ze, legschgezinden, vinden elke mussche heur' medemaat. Neerstig dan aan 't nesten vesten zijn ze, en, met hun' vogeltee'n, doen ze haarkes, hooikes, strooikes tot een keurig nestje ineen. 't Wiegske klaar, zoo vallen ze allen stille; en, na geen lang verbei, thuisgebrocht van aver taver, ligt in elken nest een ei. Nog een, nog een, nog een ... och een musschennest halfvol, zoo 'k zie; en, dat worden musschen, tusschen hier en nog een' weke of drie. 1888 Vorige Volgende