Dichtwerken (deel 1 en 2)(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 96] [p. 96] [Van Zuylen is uw naam, en eerlijk erfgenot] Van Zuylen is uw naam, en eerlijk erfgenot: dien name en eer getrouw beware u immer God! Niet elk en valt de kans, uit vrijen stam gewonnen, te mogen putten aan zoo heldere levensbronnen als gij, die, heden zelf, door God gesterkt, de baan des levens onbevreesd bereid zijt in te gaan. Gaat vrij dan en gemoed zoo eens uwe ouderen waren; geen schrik beneme u 't hert, geen vijand, geen gevaren; gaat voorwaards, edele borst, en zoo gij zijt, zoo blijft eene echte blom van 't bloed dat in uwe aderen drijft. Vergeet ons niet, maar voert dóór al uw' levensjaren 't geheugen meê van hen die u begroetend waren en zeiden: Wel begonst; vaart voort nu, fier en sterk, en weze ons eere en troost uw dapper mannenwerk! Maart 1890 Vorige Volgende