Dichtwerken (deel 1 en 2)(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [Welhoe, gij wildet, Heer der Heeren] Welhoe, gij wildet, Heer der Heeren, met Uwe komste ook mij vereeren, en mij bezoeken, onverdiend, o Kindervriend! U geve ik weêr, wat zal ik geven? al dat ik heb, binst al mijn leven: Gij zijt, al wat ik wille of kan, daar Meester van. Ach Vader, Moeder, Vrienden allen, laat ons den Heer te voete vallen, en bidden dat ik niet ontbreek' aan 't gene ik spreek! De mensch is krank, en vol gevaren. zijn de eerste, zijn de laatste jaren: Maria, Moeder, staat mij bij en bidt voor mij! Juni 1890 Vorige Volgende