Dichtwerken (deel 1 en 2)(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 433] [p. 433] Mocht ik Mocht ik met een dichtje uw herte winnen, 't waar mij weerd genoeg dat ik dichtte en dachte en werkte 's navonds late en 's morgens vroeg. Maar ik zou dan weêr dat herte dragen naar ... gij weet? ... Genoeg! 'k Gev' Hem wat ik win en werke 's navonds late en 's morgens vroeg. Hij ... Hij geeft mij voor mijn werken, 's navonds late en 's morgens vroeg, blijdschap, meer als ooit mijn herte vragen kon. Genoeg! Genoeg! 1859(?) Vorige Volgende