Dichtwerken (deel 1 en 2)(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 326] [p. 326] CLXII Octavie V. Maes 10 September 1892 Geliefden, die ik achterlate in eere en deugd getogen, zoo veel 't een' Moeder machtig was met God en al heur pogen; gedenkt hoe ik geleden heb; hoe, dag en nacht gedwongen, ik eindelinge eens ben losgerocht en 's werelds leed ontsprongen! 't Verheugt mij nu, veel meer als ooit het leed mij kon doen lijden, 't oneindig onverstaanbaar zijn van 's Hemels hoog verblijden. Vaartwel dan. 't Gene ik trachtte in u te stichten, blijve 't wezen en wassen, tot zijn' volheid, in elk een van u, na dezen! En, leedt gij, waar' 't zoo vele als ik, blijft, vaste en onbewogen, uw' Vader en uw' Moeder weerd, naar 't eeuwig welzijn pogen! Vorige Volgende