Dichtwerken (deel 1 en 2)(1949-1950)–Guido Gezelle– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende C M.T.E.D.P. 1886 o Engelken, dat, weggevlogen, hebt ons, eilaas, en al bedrogen dat op uw' schoonheid hopen dierf; in ons verlies hebt gij gewonnen, maar wie zal ons nu troosten konnen? Ons jongste, ons liefste meisken... 't stierf! Komt dan gij zelve, o hemeldiefken, komt weer bij ons, o zalig liefken, en, schoon geen menschenooge u ziet, laat op het kerkhof 't zielloos wezen, dat gij ontgaan zijt en ontrezen en blijft bij ons, in ons verdriet! Vorige Volgende