Het veerhuis(1946)–Ida Gerhardt– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 80] [p. 80] Sappho Nòg staat haar voetstap in het gouden zand en in de purp'ren branding wordt gesproken met hàre stem - hel, in den val gebroken - de donk're omslag ruischend langs het strand. Zij ging den zwaren gang: van het praegnant begin, de vlam van drift ontstoken, tot strenge en kuische arbeid en beloken beluist'ren van een goddelijk verband. Dit maakt ons ademloos bij haar ge luid wanneer het stijgt, of donker zingt en klaagt; het leven zelve beeft in dezen toon. - Zooals de zee, die om dit eiland sluit, verlangens oerzang naar de kusten draagt. - Er is geen scheiding in hun beider schoon. Vorige Volgende