Het veerhuis(1946)–Ida Gerhardt– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 17] [p. 17] Scherzo Zachte argelooze vreugd die ons éénmaal werd beschoren, toen wij in den dans verloren deelden in het spel der jeugd. In de lichte snelle rei werden wij ook meegenomen, in den dans voert de volkomen zorgeloosheid heerschappij. Helder klonk de korte slag van de handeklap, - de paren neigden spelend tot elkaar en weken weer met schaterlach. In dit dansen werd een licht, tintelend geluk geboren, - zingt het nu nog, onverloren, zingt het nog in mijn gedicht? Een herinneren, een glans in mijn sober werk gebleven, - soms een glinstering, en èven de figuren van den dans. Vorige Volgende