De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 20. Brieven 2987-3141
(2019)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd3029 Van Bartholomeus Latomus
| |
[pagina 123]
| |
Dat u mijn oratie gelezen heeft, geeft mij wel vreugde, maar toch meer vrees dat ze te weinig beantwoordt aan de smaak van uw grote geleerdheid.Ga naar voetnoot2. Wie u het boekje ook bezorgd heeft, ik heb hem in elk geval niet naar u toe gestuurd (daarvoor vond ik het niet goed genoeg); maar het is slechts gepubliceerd omdat dit tegenwoordig schijnt te moeten, niet zozeer om te laten zien dat ik niet bepaald welsprekend ben. Budé heeft mij immers benoemd tot koninklijk hoogleraar, en hij is een respectabel man, niet alleen door zijn kennis van de letteren, zoals u weet, maar ook in sociaal opzicht. Gedreven door afgunst, zoals dat altijd gaat, waren bepaalde mensen van mening dat het niet past dat een Duitser in Frankrijk zo'n eervolle positie zou krijgen. Ik heb goedgevonden dat mijn inaugurale rede als gewoon hoogleraar gepubliceerd werd, om mijn ambitie te rechtvaardigen en tegelijk openlijk mijn dank te betuigen aan die beroemde man. Zo kon het gebeuren dat het boekje ook bij u terechtkwam. Zeergeleerde Erasmus, was ik maar in staat te voldoen aan uw felicitatie, die mij niet alleen zeer aangenaam was maar die ik ook wel erg vriendelijk vond. Want u kunt niet geloven hoe zwaar de last is die ik moet dragen. Dat er op staatskosten onderricht in de Latijnse taal ingesteld is, zit de directeuren van enkele colleges niet lekker. Verder zijn veel pottenbakkers zo afgunstig, dat een willekeurige goede vakman zelfs de zin vergaat om zijn vak uit te oefenen. Maar ik heb volgehouden en ben tot op deze dag met redelijk succes voortgegaan; er is hoop dat dit koninklijke instituut een belangrijk pluspunt zal worden voor deze universiteit bij het bevorderen van talenkennis en van kunsten en wetenschappen. Dat het niet zo best gaat met uw gezondheid betreur ik echt, en des te meer omdat u eigenlijk, als dat zou kunnen, onsterfelijk zou moeten zijn. Ik vind overigens onze situatie droevig wanneer ik steeds weer zie dat veel waardeloze mensen kracht genoeg hebben maar verlamd zijn in nietsdoen en luiheid in allerlei vormen: maar bij u is de gezondheid van lichaam niet eens voldoende voor een redelijk aangenaam geestelijk leven, terwijl u een zeergeleerde man bent die leeft van studeren en die al zijn talenten van lichaam en geest dag en nacht inzet voor het algemene nut. Hoeveel eerlijker zou het zijn als de natuur kwaadaardig was voor die cyclopen en centauren waar de christelijke wereld van vergeven is, en niet voor de bekende beschermers van de letteren! Maar één troost moet u op de been houden, kordate man, dat deze oneerlijkheid van uw lijdensweg eens gecompenseerd zal worden, niet alleen bij de goede almachtige God in de vorm van hemelse beloningen, maar ook bij alle toekomstige generaties in de vorm van eeuwige herinnering aan u. Want u zult blijven leven en ook in uw toekomstige leven u kunnen ver- | |
[pagina 124]
| |
heugen over de vrucht van al uw inspanningen; en dat u ooit helemaal zult verdwijnen samen met uw sterfelijke breekbare lijf, is zó bezijden de waarheid dat de roem van uw genie, neergeslagen in uw literaire meesterwerken, zelfs de piramiden van de farao's zal overlevenGa naar voetnoot3. en stralender zal zijn dan de overwinningen van de beroemdste keizers. Het is geloof ik al twintig jaar, en meer, geleden dat ik voor het eerst met u kennis gemaakt heb, een periode waarin u, werkelijk aan één stuk door, de resultaten van uw talent en uw avonden zwoegen gedeeld heeft met de wereld.Ga naar voetnoot4. Denkt u echt dat zo'n prestatie ooit voor u verloren zal gaan of dat er ooit een zo ondankbare generatie zal opstaan dat zij over uw vele en belangrijke werken lichter zal oordelen dan uw werken nu tijdens uw leven beoordeeld worden, niet alleen door de inzichten van geleerden maar zelfs door de hele wereld? De onsterfelijkheid van uw naam heeft u gevestigd door de grootte van uw roem, en het prestige van uw talent en uw volmaakte geleerdheid heeft u als enige in deze eeuw zo hoog verheven dat u zelfs alle bijtende afgunst heeft weten te beteugelen. Houd daarom goede moed, onvolprezen Erasmus, en blijf op volle kracht de roem die u nu geoogst heeft, voortzetten door tot het einde toe zaden van nieuwe lof te zaaien. Want mensen die misschien afgunstig zijn op uw reputatie en afstormen op de wapens van uw talent, zullen er altijd wel blijven, zolang u leeft: maar mensen die u de palm van onsterfelijke roem proberen te ontstelen of van plan zijn afbreuk te doen aan de schittering van uw reputatie, zullen zelfs door toekomstige generaties nooit getolereerd worden. Wij zitten te wachten op uw Ecclesiastes; u schrijft dat het werk weliswaar in scherts beloofd is maar u in ernst is afgedwongen. Moge u nog vaak in deze trant wellevend zijn! Want mij lijkt dat u hier de vrolijkheid van jonge meiden imiteert, die goed van vertrouwen heel vaak iets aan het licht moeten brengen wat ze spelenderwijs ontvangen hebben. Maar wat een gelukzalige bevallingen, die van u! Voor ons heeft u zelfs de vruchtbaarheid van jonge meiden overtroffen. Want ik weet heel goed: geen kindje gaat u ons geven maar een al volgroeide, volwassen en zeer kundige predikant, zo een die bij Homerus genoemd wordt ‘voortreffelijk en raadgevend en een redenaar’.Ga naar voetnoot5. Over onze predikanten, of liever over heel hun rumoerige publiek hoef ik, denk ik, niets te schrijven, want u weet alles al, niet alleen uit brieven van anderen die u vaker schrijven maar ook door de publieke opinie. Afgelopen winter stonden wij Duitsers in deze stad allemaal bloot aan | |
[pagina 125]
| |
groot gevaar en haatgevoelens vanwege een domme actie van bepaalde lieden die in de hele stad Parijs rebelse affiches opgehangen hadden, zelfs in het hof van de koning. Daar hebben ze voor moeten boeten. Waren ze maar allemaal gestraft! Maar voorlopig zijn er ook die wisten te ontkomen aan dat onweer. Groot was de terreur, en de aanblik van wat er gebeurde was voor allen angstaanjagend: boeien, kerkers, foltering, vlammen. Je kon mensen zien die hoog bovenop een brandstapel vastgebonden waren en levend verbrand werden; je kon het geschreeuw van de honende menigte horen, die uiterst wreed de veroordeelden overlaadde met scheldwoorden terwijl de doodstraf werd voltrokken. Meer dan vierentwintig mensen zijn zo terechtgesteld, allemaal Fransen; geen enkele Duitser is in levensgevaar geweest. Uw Beda heeft, zoals dat heet, amende honorable gedaan door op te biechten dat hij had gesproken tegen de waarheid en tegen de koning. Deze woorden heeft hij in het openbaar uitgesproken vóór de kerk van Notre Dame, terwijl een heraut hem voorging, in een grote oploop van volk: je moet niet denken dat hij eventueel volgeling van Luther is geworden! Toch wordt hij nog steeds in de kerker gedetineerd, om weggeduwd te worden in een of ander klooster, zo zegt men, waar en wanneer dat de koning belieft. Voor het overige is alles weer rustig. Het gerucht gaat dat de ballingen die uit angst weggetrokken zijn, terug zullen keren en dat zelfs hun bezittingen, die door de fiscus in beslag genomen waren, teruggegeven worden. Een groot verlangen naar een concilie leeft bij alle mensen van goede wil, want als er niet binnenkort zo'n vergadering gehouden wordt moet men zich met grote vreze afvragen waar deze verwarringen uiteindelijk op uit zullen draaien. Ik hoor dat uw landgenoten, de Hollanders, verbazingwekkend gekke ideeën koesteren, iets wat ik zeker betreur;Ga naar voetnoot6. ik denk dat hun overkomen is wat volgens de medici vaak gebeurt met mensen die een uitstekende lichamelijke constitutie hebben: zij raken al heel heftig van streek wanneer ze ook maar lichtjes aangeraakt worden. Maar als dit kwalijke verschijnsel ooit Frankrijk infecteert, goede goden, hoeveel onweer zullen we dan zien? Genoeg nu hierover. Want ik ben uitvoeriger tegen u dan nodig is en ik ben bang dat ik uw geduld te zeer op de proef stel door mijn ongeremde babbelzucht. Maar dat moet u me dan vergeven. Want omdat ik zo lange tijd niets van me heb laten horen, wilde ik nu de mij geboden kans gebruiken om met de rijkdom van deze ene brief de stilte van de afgelopen jaren te compenseren; tegelijk heeft de warmte van mijn genegenheid me verleid een te lange brief te schrijven. | |
[pagina 126]
| |
De knaap die u mij heeft aanbevolen zal ik graag helpen waar ik kan.Ga naar voetnoot7. U zou mij een groot plezier doen als u niet aarzelt mijn bereidheid daartoe op de proef te stellen door mij vaker om diensten te vragen. Het ga u goed. Parijs, op de feestdag van Petrus en Paulus 1535 |
|