De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 15. Brieven 2082-2203
(2017)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd2110 Aan Johann Henckel
| |
[pagina 97]
| |
deel over, want ik heb de man niet goed genoeg leren kennen. Vertel me hoe de situatie bij jou is; dat is mij meer welkom dan alle andere zaken. De situatie is hier eenvoudig in waanzin ontaard; aan beide kanten gaat men mateloos tekeer. Béda heeft opnieuw een ApologiaGa naar voetnoot8. tegen mij uitgegeven die dommer en waanzinniger is dan de eerste.Ga naar voetnoot9. Er is ook een werkje van een of andere franciscaan LudovicusGa naar voetnoot10. verschenen, een beschermer (let wel!) van zijn heilige orde, zo dwaas en onnozel dat niets de orde meer kon onteren. Toch gaat de man er prat op tot de gemeenschap van hen te behoren die van alle wereldse verlangens afstand hebben gedaan en volgens de ware regel van Franciscus, dat wil zeggen die van het evangelie, leven. Het blijkt een Spanjaard te zijn. Hetzelfde werkje schijnt in Spanje in de taal van dat land te zijn verschenen.Ga naar voetnoot11. Alberto Pio, vorst van Carpi, lange tijd ambassadeur van de keizer en zeer geliefd bij de paus, is nu bij de koning van Frankrijk terechtgekomen. Hij heeft een boek gepubliceerdGa naar voetnoot12. waaraan hij heel wat jaren heeft gewerkt en waarin hij twee zaken behandelt. Hij probeert iedereen ervan te overtuigen dat alle onrust in deze wereld door mijn toedoen is ontstaan. Daarnaast weerlegt hij de leerstellingen van Luther, maar met zulke zwakke argumenten dat het lijkt alsof hij over deze kwesties niet diep heeft nagedacht. Het is onzeker wat de paus doet. Ach, zette hij zich maar meer in voor de eendracht in de kerk dan voor zijn persoonlijke wraak!Ga naar voetnoot13. Persoonlijk kan ik niets anders dan een bloedige afloop voorzien. Ik zou willen dat Christus hier als een deus ex machina deze onontwarbare tragedie plotseling een gelukkige ontknoping geeft. Wat de rijksdag in SpeyerGa naar voetnoot14. ons zal brengen weet ik niet. Het ga je goed. Bazel, 26 februari 1529 |
|