De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 13. Brieven 1802-1925
(2016)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd1917 Van Caspar Ursinus Velius
| |
[pagina 363]
| |
mij te vestigen. Door hun toedoen werd ik opgenomen in de hofkringen, waarna ik meteen de overstap waagde van de studeerkamer naar het legerkamp. Ik zei de muzen vaarwel en begon Bellona te vereren, en Gradivus,Ga naar voetnoot2. de gewelddadigste onder de goden; hij is mij tot nu toe evenwel zeer genadig geweest. U zult misschien zeggen: wat moet een dichter aan het hof? Pas op, zo mag u mij voortaan niet meer noemen, want de dichter die ik was ontpopte zich als geschiedschrijver. Dat was geen onbezonnenheid of waaghalzerij van mij, maar de beslissing van anderen en het dringend advies van vrienden. Ik heb al een boek over de grote heldendaden van de koning geschreven; het is buitengewoon en haast ongelofelijk wat een positieve gevolgen zijn heerschappij over dit koninkrijk heeft.Ga naar voetnoot3. Tot mijn grote verbazing wilde u hem in uw brief aan de koning van Polen geen koning noemen,Ga naar voetnoot4. maar deinsde u er niet voor terug deze titel aan die graaf, een vadermoordenaar en landverrader,Ga naar voetnoot5. te geven. Ik moet bekennen dat ik versteld stond van zoiets schandaligs, vooral toen ik in diezelfde brief de naam plus titel las van een zekere satraap,Ga naar voetnoot6. langer dan een willekeurige inscriptie over keizers die een triomftocht hielden. Of u nu opzettelijk of per ongeluk deze voorstelling van zaken gaf, u haalde zich er in elk geval de afkeuring van heel wat mensen mee op de hals. U moet het me vergeven dat ik u, zonder u een verwijt te willen maken, het vriendelijke advies geef om in het vervolg, als Ferdinand, koning van Hongarije en Bohemen, in uw brieven en pennenvruchten voorkomt, hem niet de verdiende eer te onthouden. Als u kijkt naar zijn verdiensten en bedenkt hoe jong hij nog is, zult u hem waarachtig niet zonder reden zelfs boven volwassen en ook oude koningen verkiezen. Ik ga daar nu niet op in, want als dit onderwerp naar behoren behandeld moest worden, is er geen brief, maar een lijvig boekwerk nodig. Terug naar mij en wat mij persoonlijk bezighoudt. Ik blijf bij mijn oude standpunt, dat iemand die vroom en goed is opgevoed, in deze stormachtige tijden beter waar dan ook ter wereld kan gaan wonen dan in Duitsland, wegens de agres- | |
[pagina 364]
| |
sieve en dolzinnige uitleggers van het evangelie die daar overal opdoken en voor vreselijke beroering zorgden. Toen ik om die reden van Bazel weer terug naar Wenen was gegaan, bracht ik reisgeld en de kosten van een paar jaar levensonderhoud bijeen en ging ik terug naar Italië. Er was nog geen jaar voorbij toen koning Ferdinand mij per brief terugriep, maar het was vooral de angst voor de pest, die toen in bijna alle plaatsen en in de grote steden in al haar wreedheid woedde, die zorgde dat ik er niet wilde blijven. Ik keerde terug naar Wenen. Daar heb ik de afgelopen drie jaar niet tot mijn nadeel gewoond, en evenmin tegen mijn zin, omdat die besmettelijke ketterij, die geregeld tot een uitbarsting kwam en haar gif probeerde te verspreiden, bedwongen was, dankzij de roemrijke Ferdinand. Ook al heeft hij die veelkoppige hydra nog niet volledig verslagen, toch heeft hij haar naar vermogen en met de fierheid die hem eigen is tijdens een confrontatie verzwakt, haar op tal van plaatsen waar ze een bedreiging vormde afgeweerd en elders waar ze al wortel schoot uitgeroeid. De ketterij die zich al in het binnenste van Duitsland heeft vastgezet en deels onder argeloze, deels onder goddeloze en boosaardige lieden oppermachtig is, zal naar mijn idee binnen de kortste keren aan haar eigen kracht ten onder gaan. Afgezien van de slachtpartijen, de gruwelijke tweespalt en een opleving van de meest onmenselijke barbarijGa naar voetnoot7. zal ze het land opzadelen met een erfenis van permanent gezichtsverlies in de ogen van andere landen en onverzoenlijke haat. Als de Turken er lucht van krijgen hoe ver die verdorven lieden in hun gewetenloosheid gaan, zullen ze naar mijn idee vanzelf Duitsland komen bezetten, zo niet om te plunderen, dan toch om te voorkomen dat dit gif tot delen van hun gebied doordringt. De boeken van Protagoras, die onorthodoxe ideeën over de onsterfelijke goden had, werden op bevel van de Atheners in het openbaar verbrand. De schrijver zelf werd bestraft met verbanning.Ga naar voetnoot8. Wat vindt u? Hoe verdienstelijk heeft dit type mensen zich voor hun medeburgers gemaakt, door goddelijke en menselijke wetten zonder eerbied omver te werpen en naar eigen willekeur nieuwe te bedenken, daartoe aangezet door haat of woede? Ze laten allereenvoudigste lieden ik weet niet wat voor zoete smaak van de vrijheid proeven en ontnemen hun zo het besef van het onheil dat hun boven het hoofd hangt, wat funest voor het land is. Maar ze beloven wel de redding van de ziel! Zij en mensen zoals zij, maar ik niet, kunnen geloven dat er in de woonstede van de gelukzaligen ruimte is voor iemand die - woest, gewetenloos, opstandig - alle vrees voor de wet en ook voor God heeft afgelegd | |
[pagina 365]
| |
en als een wild dier leeft. Maar ik laat me ook hier al te zeer gaan, maar het is wel tegenover u: ik weet dat u het niet verder zult vertellen. Tegenover een willekeurige andere persoon zou ik het niet wagen me zoveel te permitteren. Want het zou dom zijn olie op het vuur te gooien.Ga naar voetnoot9. Doe Rhenanus, Bonifacius, FrobenGa naar voetnoot10. en de andere vrienden de groeten. Dat het u goed mag gaan, hooggeachte vriend. U moet de groeten hebben van Faber,Ga naar voetnoot11. die een groot bewonderaar van u is. Piso, die al zijn bezittingen was kwijtgeraakt, is in maart in Bratislava overleden; ik denk dat hij van verdriet gestorven is.Ga naar voetnoot12. Het valt niet mee voor iemand die in Italië temidden van mensen met smaak vertoefde nu hier te wonen, vooral in een zo ongunstige tijd, in een gebied waar alles platgebrand is. Maar de brutale godsdienst van de Duitsers verzacht het leven hier. Nogmaals, het ga u goed. Zou u deze brief alstublieft niet aan anderen willen laten zien? Esztergom in Hongarije, 10 december '27 Uw vriend Ursinus Velius Aan Erasmus van Rotterdam, met gemak de grootste op het gebied van theologie en welsprekendheid. Te Bazel |
|