De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 13. Brieven 1802-1925
(2016)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd1822 Aan Andrzej Krzycki
| |
[pagina 99]
| |
doorgelezen, maar het zal ongetwijfeld in zijn geheel in de smaak vallen, zodra ik het in zijn geheel heb gelezen. Ik ontwaar een krachtig voorvechter van de kerk. Maar ik denk niet dat u in uw wijsheid een raadgever nodig hebt; anders zou ik u aanraden of vragen op zo'n manier af te rekenen met de vijanden van de vrede in de wereld, dat de eer van de overwinning niet naar de mensen, maar naar Christus gaat. Want zoals er bij een grote brand in een stad altijd heel wat mensen zijn die, gespitst op buit, de algemene ramp tot persoonlijk voordeel ombuigen, zo zijn (zoals u ongetwijfeld weet) grote groepen mensen er bij deze rampzalige, wereldwijde beroering op gespitst de eer van de overwinning naar zich toe te halen, terwijl die alleen Christus toebehoort. Ik mag hopen dat dit rigoureuze medicijn, dat God wellicht heeft gezonden om ons te kastijden en dat met een enorme schok het hele lichaam van de kerk deed wankelen, enige verbetering in de toestand teweegbrengt. Zoals het nu gaat, vraag ik me af wat de winst zal zijn, als kerkelijke leiders (van wie niet weinigen zo zijn dat ze bijna wereldser lijken dan de wereld zelf) aanmerkelijk goddelozer zijn dan ze daarvoor waren; als vorsten, vooral die onbeduidende hier, dankzij de buitgemaakte kerkelijke goederen beter toegerust zijn voor luxe en dobbelspel; als monniken, die de wereld al sinds tijden doen zuchten onder hun tirannie, voortaan door de overwinning nog hoogmoediger zijn. Ik zal niet ontkennen dat er vrome, wijze en geleerde mensen bij zijn, maar we zien ook dat er al te veel bij zijn die hun buik dienen in plaats van Jezus Christus; doordat bovendien ieder een fervent aanhanger van zijn eigen orde is, wordt de orde van Christus verwaarloosd. Naar ik zie overkomt u iets wat men ook met een spreekwoord pleegt uit te drukken: u gaf iets nadeligs weg en kreeg iets nadeligs terug,Ga naar voetnoot2. omdat u een bittere omgevingGa naar voetnoot3. verving door een die even ongunstig is. U maakt zich vergeefs illusies over vrijheid. Met het bit van het hofleven in de mond moet u ook de ruiter dragen.Ga naar voetnoot4. Het is overigens in het belang van het land dat geleerden worden verleid tot gezagsuitoefening in openbare functies. Zoet zijn de vrije uren voor studie, maar een mens wordt niet alleen voor zichzelf geboren,Ga naar voetnoot5. maar ook voor zijn land. Łaski heeft u een vreselijk portret gegeven, dat eerder Erasmus' vijanden in verrukking zou kunnen brengen dan u - tenzij de schilder u misschien toont wat uw genegenheid wil zien. Hij heeft dat portret stiekem meegenomen, zonder dat ik er iets van wist. Hope- | |
[pagina 100]
| |
lijk heeft het beeld dat ik in mijn pennenvruchten tot uitdrukking breng de goedkeuring van u en uw gelijken! Dit alles in antwoord op uw brief, die u aan de wind had toevertrouwd, precies zoals u schrijft: zo vlug is bijna nog nooit een brief hier geweest!Ga naar voetnoot6. Ik wens Uwe Eerwaarde Excellentie eeuwigdurend geluk in de Heer. Bazel, 17 mei 1527 |
|