1089 Van Richard Pace
Greenwich, april [1520]
Pace aan zijn vriend Erasmus
In je briefjeGa naar voetnoot1. heb je me verteld dat je op de apologieën van Lee hebt geantwoord. Ik heb het geschrift zelf gelezen, of beter gezegd in één teug van begin tot eind tot me genomen, vol bewondering voor de zelfbeheersing die je overal in acht neemt en waarvan ik nooit had geloofd dat je die in een zaak als deze aan de dag zou kunnen leggen als ik het niet zelf had gezien. Het zal de geleerden als muziek in de oren klinken. Ik denk dat anderen het voortaan wel zullen laten jou met scheldwoorden te belagen, jij die zo beheerst en waardig van je af weet te bijten. Dat de Duitsers Lee rauw lusten verbaast me niet, maar ik betreur het niettemin ten zeerste. De reden waarom het me niet verbaast, is dat Lee probeert de parel aan de Duitse kroon te besmeuren; ik betreur het omdat ze een aanleiding hebben gekregen tot woede jegens een landgenoot en een vriend van mij.
Vaarwel. Greenwich, april