De correspondentie van Desiderius Erasmus. Deel 5. Brieven 594-841
(2008)–Desiderius Erasmus– Auteursrechtelijk beschermd605 Aan Johann Oecolampadius
| |
[pagina 27]
| |
Hem in hun manier van leven ontkende, of omdat ze getroffen waren door woeste invallen van barbaren. Nu zou men nog liever die lieden ontvluchten, die in naam van Christus de leer van Christus proberen te ondermijnen. Maar wat zeg je me nu, gewetenloze? Je misgunt je moeder zo'n klein geschenk?Ga naar voetnoot3. Zeker, jij verdient de grootste geschenken, omdat je wat van generlei waarde is betaalt met zoveel dankbaarheid. Wat betreft de vergelijking van Hieronymus' vertaling met de Hebreeuwse teksten, ik twijfel er niet aan dat je dat doet met onderscheidingsvermogen en ik bid dat God je werk begunstigt. Ik zou graag willen dat je index zo snel mogelijk uitkomt, omdat die ook voor mezelf van nut zal zijn. Velen zullen daardoor worden aangespoord Hieronymus te gaan lezen. Ik kan niet goed bevroeden waar het treurspel naartoe wil; ik raad je alleen aan je geestelijke kracht en lichamelijke zwakte niet te overladen met al te verschillende dingen.Ga naar voetnoot4. Van Melanchton heb ik een hoge dunk en grote verwachtingen, als Christus die jongeman lang voor ons wil behouden. Hij zal Erasmus helemaal in de schaduw stellen. Vaarwel. Leuven, [1518]. |
|