Paus Leo X
Mijn welbeminde zoon, groet en apostolische zegen. Wij zijn zeer verheugd over uw brief aan ons uit Londen, want hij bracht zowel uw genegenheid over als het buitengewoon gunstige oordeel dat u over ons velt. Beide kregen nog meer luister door het feit dat niet zomaar iemand, maar een groot en door ons zeer gerespecteerd geleerde, die we ook kenden voordat we tot het pausschap werden verheven, ons deze gelukwens deed toekomen, die extra aansprak door de grote geloofwaardigheid van de schrijver en diens grote welsprekendheid. Wees er daarom van verzekerd, dat wij er enerzijds voor zullen zorgen dat we uw talent en uw welwillendheid jegens ons bij gelegenheid zullen belonen met bijzondere blijken van onze vaderlijke genegenheid; dat wij anderzijds zullen trachten ons streven te laten overeenstemmen met uw uitermate gunstige oordeel over ons. Hij door wie niet alleen goede daden maar ook goede gedachten tot stand komen, die ons zonder buitengewone verdiensten louter op grond van zijn mildheid en voorzienigheid tot dit verheven ambt, de allerhoogste positie, heeft gevoerd - moge Hij, die wilde dat wij die dingen besloten die het welzijn van de christelijke gemeenschap bevorderen en daarvoor geschikt zijn, evenzo de weg bereiden waarlangs wij ongehinderd kunnen voortgaan om de ware vroomheid en deugdzaamheid bij de mensen te hernieuwen. En wij hebben reeds een begin gemaakt met enkele dingen die u in uw welwillendheid in uw brief aanroerde. Maar er blijven taken over die veel groter en moeilijker zijn en waarvoor wij de hulp van God hard nodig hebben; als Hij ons bijstaat, zullen wij ons best doen dat zij die gunstig over ons en ons karakter oordelen, dit op goede gronden lijken te doen.
Maar de God der barmhartigheid zal daarop toezien. Wij kijken met vreugdevolle verwachting uit naar de door u verzorgde uitgave van de heilige Hieronymus en wij zullen de belofte dat u de vruchten van al uw inspanningen aan ons zult opdragen, beschouwen als een groot geschenk en u daarvoor dankbaar zijn. En als wij zo'n grote genegenheid koesteren voor onze eerbiedwaardige broeder, de bisschop van Canterbury, dan komt dat omdat hij, door met zijn belangstelling uw talent te koesteren, zelf een uitstekend getuigenis aflegt van zijn eigen voortreffelijkheid en waardigheid. En omdat u bij verre volkeren bent en op dat eiland verkeert waar de doorluchtige koning regeert, onze zoon die in ieder opzicht met ons en de Apostolische Stoel verbonden is, schrijven wij hem een brief om u bij hem aan te bevelen. We hebben opdracht gegeven de brief zelf en een kopie ervan aan u te sturen zodat u deze kunt overhandigen, wanneer het u goeddunkt. Vanwege onze gezamenlijke belangstelling en liefde voor de schone letteren en de werke-