Tekst.
Antw. lb., 1544, nr. 9, bl. 13, ‘een amoreus liedeken’, hierboven weergegeven, en Een Aemst. amoreus lb., 1589 (beschreven door Dr. J. Bolte, Tijdschr. voor Nederl. taal- en letterk. 1891, bl. 175 vlg.), bl. 5a, ‘op de wijse: ‘Ick hadde een gestadich minneken, gheen schoonder’; - Hs. van Wouter Verhee (1609), bl. 169, beschreven door Dr. Kalff in het voormelde tijdschr. 1885, bl. 137 vlg. - Aangeh. door Dr. Kalff, Het lied in de M.E., bl. 325, 332, 335 en 346.