III.
Stalpaert, Extractum cath., Loven 1631, bl. 392, ‘stem: Boerinnetje, als ghy gaet water halen’, geeft de melodie aldus:
Ge - haet/ ge - schrikt/ ge - vlucht
moet t' al - len ston - den/
De wor-tel en de vrucht zijn van de zon- de//
Die Sa- tans quaed be-drijf//
Tot scha van ziel en lijf/
Door dienst van 't eer-ste wijf/
Zelfde zangwijs en stemopgave in Stalpaert's Gulde-iaers feest-dagen, Antw. 1635, bl. 569, voor: ‘Stadt Padua! vermaerd / seer langh te vooren’. In de zangwijs II is de tweede muzikale zinsnede van I, waarschijnlijk om hare hooge tonen, weggelaten; in III daarentegen zijn de eerste en de tweede muzikale zinsneden van I en de eerste van II achterwege gebleven. - De stem: ‘Boerinneken als ghy gaet water halen’, wordt door Dr. Stoett, t.a.p., bl. 399, vermeld als aangehaald in Cupido's lusthof (1613), bl. 56; in T' vermaeck der ieucht (1616), bl. 58, en in Cupidoo's schighje, Delf, 1656, II, bl. 149. Dr. Stoett verzendt nog naar Tijdschr. der Vereeniging voor N.-N. mzgsch. V (1895), bl. 27.
Bij gebrek aan een beteren tekst, vooral wat de eerste strophe betreft, kan men zich slechts bij gissingen bepalen, waar het er op aankomt het hier behandeld lied op de melodie te brengen.