leeftijd te vragen; maar hetzij ze toch eenigszins ontdaan was, of hoe ook, ze noemde een ander jaartal dan de heer pastoor had aangegeven.
Mijnheer nam geen verdere notitie hiervan; en zei op een brusque manier: ‘Ga naar boven, zorg dat uw goed gepakt is, dan kan George u naar den trein van vier uur brengen.’
Nadat Thérèse het vertrek verlaten had, zeide mijnheer Gofroy tot zijne echtgenoote: ‘beste Jane! Ik geloof dat die Thérèse nogeenseene interessante rol zal vervullen, nimmer heb ik bij een zoo jeugdig personaadje dusdanige koelbloedigheid ontmoet, geene enkele verontschuldiging; doch,’ zeide hij, zich eenigszins bedenkende, ‘verduiveld, beste! Ik geloof toch dat ze eenigszins verward was, want ik, die bij dergelijke onbeschaamdheid niet kon nalaten nog eens haren leeftijd te vragen, kreeg een ander geboortejaar ten antwoord, dan de pastoor heeft geschreven. Had zij zich twee jaar ouder genoemd, dan had het voor hare verhardheid tot verontschuldiging kunnen dienen; maar het tegendeel is waar; ze maakte zich in hare verwarring jonger.
‘Ziet ge wel,’ zei mevrouw, ‘waarlijk! ik geloof wel aan hare fouten; maar...’
‘Wat maar! ik zeg dat we hier met eene vrouw te doen hebben, waarvan wij blijde mogen zijn, zoo goedkoop af te komen. Wij mannen zien scherp op 't punt van vrouwen, en ik zie haar in staat u van uwe plaats te dringen.’
‘Maar ze heeft toch niet...!’ onderbrak mevrouw.
‘Niets, beste vrouwtje! Wij hebben elkander lief; en zij was slechts acht dagen hier.’
Meteen trok mijnheer Gofroy zijn jas aan, daar het meer dan tijd was om zich aan zijne uitgebreide zaken te wijden, en hij stellig reeds op zijn kantoor gewacht werd.
Thérèse was intusschen naar boven gegaan, om de weinige prullen bijeen te pakken, want ze had niet veel. Haar leven was aan eene zee gelijk, altijd ebbe en vloed, en heden was het zeker geen vloed.
Ze dacht er echter geen oogenblik aan Nederland te verlaten; ze was door het ontvangene reisgeld ten minste de eerste dagen voor zorgen gevrijwaard, en met gebalde vuisten herhaalde zij haren eed, zwe rende na de vervulling mijnheer Gofroy te straffen, door hem in pracht te overschaduwen.
Beneden komende, nam ze een kort afscheid van de dienstboden; George maakt zich op bevel van mijnheer gereed, haar naar het station te brengen.
Niemand der ondergeschikten wist, wat dat overhaast vertrek beduidde. Wel werd er in de keuken gefluisterd van brieven die mijnheer uit Duitschland zou ontvangen hebben, maar het bleef bij gissingen.