Mijn droomhuis
(1971)–Thea Doelwijt– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina t.o. 68]
| |
[pagina 69]
| |
Mijn droomhuis denk ik eerst een naam te geven. Het heet Het Thunderhuis. Omdat alles zo modern is ingericht. In mijn gedachten zal er achter mijn Thunderhuis een zwembad zijn. En het huis zal op neuten staan. Ik wil beneden 4 kamers hebben: 1 bergkamer, 2 slaapkamers voor mijn werklieden en 1 kamer waar er een trap naar boven gaat. De trap moet van geschaafd hout gemaakt zijn en met parket bedekt zijn. Het bovenhuis moet in vieren worden verdeeld. Het eerste deel is de keuken. De punten voor een moderne keuken: punt 1: een geiser punt 2: een moderne wasbak, dus een metalen punt 3: dubbele schroefkraan punt 4: moderne potten en fornuizen Het tweede deel is de voorzaal. Met een tafel voor een grote televisie, een platenspeler en een radio. Een boekenkast van triplex. Het derde deel is het grootste deel: In de slaapkamer wil ik een badkuip en een toilet. En de muren moeten bedekt zijn met viropan. Boven moet het huis behalve de keuken met parket worden betegeld. De keuken moet met stenen tegels worden gemetseld. Nu gaan we weer in onze slaapkamer. Ik moet nog ingebouwde kasten van triplex. Een moderne wasbak en een kapstoel voor mijn vrouw. Dan het vierde deel. Een rommelkamer waar de kinderen hun speelgoed moeten bewaren. En ik wil een terras achter het huis laten bouwen. Met grote harde en mooie stenen moet het betegeld worden. En met een ijzeren omheining en een trap naar beneden. Beneden moet omrasterd worden met harmonika-gaas. En boven bij één van de hoeken in de voorzaal moet er een bar worden gemaakt. Zo zal mijn Thunderhuis eruit zien. Een huis voor een echte Surinamer... Gerard
Ik zou graag een rechthoekig huis willen hebben. Van binnen prachtig hout met bekleding. Van buiten van steen, met 3 verdiepingen: één onder de grond één op de grond en nog één daarop. Om naar boven of beneden te gaan, moet men een roltrap | |
[pagina 70]
| |
gebruiken. Over de eerste verdieping van voren naar achteren: links de studeerkamer, rechts het balkon. Dan komt de leefruimte met luxe stoelen die in verbinding zijn met de vloerbedekking of anders gezegd het moeten stoelen zijn die gezond zijn en waarin je ook heerlijk kan zitten. Alle stoelen moeten zo zijn. Tussen het balkon en de leefruimte of voorkamer zijn glazen deuren die prachtig met humor zijn geschilderd, zodat niemand er zou kunnen tegen opbotsen. Daarop volgt de danszaal, in het midden de centrale platenspeler, die je in welke kamers je hem hebben wilt, kan richten. Hij is bestuurbaar in de danszaal. Je hoeft alleen een plaat in een gleuf te stoppen en je hoort het. Hij is ook bestuurbaar in de voorkamer. Daarna komt de sportzaal. De bovenverdieping bestaat uit 2 W.C.'s en 2 badkamers, achteraan slaapkamers met airco. Onder de grond is de muziekkamer waar ik en mijn familie zelf muziek kunnen spelen en leren. Links is een garage voor 3 auto's, één jeep, één sportwagen. Daar is ook een t.v.-kamer. Parkeerplaats voor gasten is achteraan op het erf (met dak). Sieraden worden in een geweldige brandkast bewaard. Verder wil ik honden (herders) met hondehok en een vogelvolière met vogels. Post komt in een speciale kleine kamer voor post met een lopende band (niet te zien, want het is onder de grond). Zo zou ik mijn droomhuis willen hebben. Henk
Mijn droomhuis zal verschrikkelijk modern zijn. Die deuren zouden van glas zijn. Een mooi groot balkon van zwart hout. Een paar watervallen in een groot bos, als het ten noorden is (b.v.: Canada, Engeland, Nederland, Polen of Noord-Amerika enzovoort, enzovoort). Mijn huis zou dan bijvoorbeeld in een dik bos staan, tussen de bergen, vlakbij een klein soort van riviertje, dichtbij een weg en natuurlijk mag het niet te ver zijn van een mooi danshuis ofzo. Een groot balkon zou mijn huis hebben en achter het huis nog één dat nog groter is, groot genoeg voor een mooie ‘partij’. En een grote bar met alle dranken, alle, en 5 barmeiden en 2 barjongens. | |
[pagina 71]
| |
Een verschrikkelijk grote voorkamer, helemaal ‘soundproof’, dus geen geluid komt door. Met een groot glasraam, één van die soorten die je niet open kan maken, met dikke gordijnen en een grote haard, helemaal van steen en erom van dat gevernist hout. En ik kan de lichten lichter of donkerder maken. Mijn droomhuis ziet eruit als een klein huisje in de bossen, dikke bossen, echt gezellig in de winter, hè. Maar als bijvoorbeeld dat huis ten zuiden is, dus dichterbij de equator, zal het op het strand zijn, vlakbij de zee. Dit huis zal hetzelfde zijn als het andere ‘noordpool’-huis, maar alleen helemaal open. En de voorkamer een heleboel ramen en de slaapkamer dubbel zoveel. Het huis zal vlakbij het gepalmde strand zijn met wat bamboewanden, natuurlijk niet allemaal maar bepaalde, om het mooi te maken. Een grote tuin met een heleboel palmbomen enzovoort. Als het een dagje zo heet is, dat het strand zelfs droog is, dan zou ik maar een paar knoppen indrukken en ‘presto’ airconditioning. Als mijn huis in een land is als bijvoorbeeld Suriname, Paraguay, Bolivia of Panama, dan zou ik een zwembad hebben, dus altijd koel. Dit is mijn droomhuis, altijd gezellig, ten noorden de haard, ten zuiden een grote volle maan en veel palmen. David
Dat huis waarin ik nu woon, is te klein en in één kamer slapen ongeveer 10 mensen. En er zijn geen bedden, tafels en stoelen in dat huis waarin ik nu woon. En als ik groot geworden ben, wil ik in dat kleine huis niet meer wonen. Dan laat ik een groot huis voor mij bouwen. En dan ga ik naar de zagerij om planken te kopen. En dat huis moet 60 m. lang en 30 m. breed zijn. En ik wil een groot balkon bouwen, dat 16 m. lang is en 1 m. breed. Dat huis wil ik op neuten hebben. En ik wil onder dat huis cement. En dat huis wil ik verven. Het dak rood en het huis blauw buiten en geelachtig binnen en de raampjes groen. En ik wil dan een kleine winkel in dat huis hebben. En een klein zwembad. En ik wil in dat huis ook stoelen, tafels, bedden en naaimachine | |
[pagina 72]
| |
hebben en ook wasmachine. En ik wil ook radio hebben en ook vloermat. Dan wil ik ook een knop hebben. Als ik die knop druk, dan is het licht in dat huis geworden. En ik wil ook een stroomstrijkijzer hebben in dat grote huis. En ik wil ook een knop hebben. Als ik die knop druk, komt er eten voor mij. En nog een knop, dan komt er een bed voor mij automatisch om te gaan slapen. En ik wil ook een douche hebben. In dat huis moeten vazen met bloemen zijn. En ik had een fan in de voorzaal. 's Avonds als ik het warm heb, druk ik een knop en dan begint de fan te draaien en dan krijgen we wind. En als ik genoeg wind had, ging ik dat knop drukken en dan was de fan stil. En ik ging rustig slapen. Dat was mijn droomhuis.
Op een zaterdagmiddag wandelde ik met twee andere vrienden dichtbij Rainville. Opeens zagen we een ontzaglijk groot huis. We liepen er onmiddellijk op af om de eigenlijke grootte ervan te zien. Er stond op een bord geschreven ‘Alweer een huis van Bruynzeel’. We schrokken er zelf van. Zo'n groot huis heb ik nog nooit gezien. We bleven het huis nog een tijdje bewonderen en gingen toen naar huis. Onderweg kon ik de gedachte van dat huis niet uit m'n hoofd krijgen. De volgende morgen zat ik in een stoel en dacht na wat ik ga doen als ik groot ben. Terwijl ik daar zat, dacht ik aan een huis dat ik graag zou willen hebben. Het moet een huis van Bruynzeel zijn. In mezelf zag ik dat huis. In de kamers ben je geheel vrij, er is geen bed en ook geen wasbak. Als je slaap hebt, dan druk je op een knop en er komt uit de muur een bed tevoorschijn. 's Morgens als je opstaat, trek je gewoon aan een handeltje aan de muur. Er schuift een deel van de muur opzij en er komt een wasbak uit. Als je in het bad gaat, druk je gewoon op een knop bij de schakelaar en er rijst een badkuip uit de grond. Je gaat erin en er komen armen vanuit de zijkanten, armen die je schuren met de zachtste borstels die er bestaan. Heb je soms honger? Ga dan in de keuken zitten naast een kast van aluminium waaraan verschillende knoppen zijn bevestigd. Boven de knoppen staan er namen van alle soorten | |
[pagina 73]
| |
lekkernijen. Je drukt op een knop en het gewenste eten glijdt vanuit het kastje op een plankje tot op de tafel. Misschien heb je het op een middag te warm. Ook daar is er een uitkomst voor. Je gaat achterop het erf met je zwembroek aan. Er is op een pilaar een knop. Druk je erop dan schuift een deel van de grond open en er is een zwembad vlak voor je neus. En daar kan je zo heerlijk in zwemmen. Opeens hoorde ik iemand me roepen. Ik keek rond en zag een vriend van me, die me riep om vissen te gaan vangen. Maar ik wilde niet gaan. Ik dacht alleen aan dat huis van Bruynzeel. En ik zei zacht in mezelf: ‘Er zijn geen modernere mensen dan die van Bruynzeel’. Romeo
Als ik een huis liet maken, zou ik beslist een Bruynzeel moeten hebben. Niet te duur en goed en smaakvol ingericht. De zitkamer moet ruim zijn. De garage, die onder het huis is, moet groot genoeg zijn dat er een straaljager met gemak in kan. Stel je voor, je woont in een gebied waar het stikt van de insekten. Dan komen ze allemaal je huis binnen. Ook dat wil ik voorkomen. Een insekt komt altijd door een open raam of deur binnen. Een insekt dat door een raam wil of deur, wordt plotseling opgezogen door een zuigertje dat aan de bovenkant van het raam zit. De deuren en de ramen kun je bedienen met een knopje en dan gaan ze open. Als je een spel wilt spelen dat veel ruimte eist, zet je alle meubels in de muur, want het is een muur met ruimte ertussen. Ook dit gebeurt elektrisch. Als je op het knopje drukt, komt er een lopende band uit de vloer en die pakt alles met grijparmen en zet het op de lopende band en dan gaat alles de muur in. Als alles defekt was, zou je denken dat het wel een moeilijke zaak zou zijn. Maar nee hoor, je hebt tien knoppen, ook elektrisch natuurlijk, die alles in twee sekonden maken. Die doen het altijd. Er zijn nog wel veel meer dingen die ik in mijn droomhuis zou willen hebben, maar dat is teveel om op te noemen. Als je dit leest, zou je denken dat Bruynzeel alleen maar hout heeft en geen elektrische dingen, maar Bruynzeel is tegen die tijd een zaak net zoals Kersten geworden. Een dief die wil inbreken, zakt door een valluik. Misschien is het | |
[pagina 74]
| |
een dief waar de politie een hoge prijs voor heeft, voor het vangen van hem, en dan word je meteen rijk. Dus ik raad je aan, als je een huis wil hebben, ga naar Bruynzeel!!!! Henry
Ja, mijn droomhuis, dacht Marjolein. Hoe zal dat eruit zien? Ze zat voor de zoveelste keer te dromen. Haar uitgekozen plekje hiervoor was onder de eikeboom in de tuin. De zon scheen fel voor deze tijd in het seizoen, maar dit was een zalig schaduwrijk plekje. In ieder geval moet het huis in de buurt van de duinen liggen en twee verdiepingen hebben. In de zitkamer en salon een parketvloer van Bruynzeel. Tante Kitty had ook een parketvloer van Bruynzeel, visgraten, onnoemelijk mooi. En het stond ook zo gezellig. In de slaapkamers ook? Nee, toch maar liever niet. En hoeveel slaapkamers? Es kijken, hoeveel kinderen wil ik. Zes? Jeetje mina, en dan zeven slaapkamers. Nee, dan lijkt het al bijna op een kasteel. Vier zijn genoeg, dan maar met z'n tweeën op één kamer. En dan twee badkamers. O ja, en op mijn slaapkamer een klein balkonnetje, dat heb ik altijd zo leuk gevonden. Maar dan precies zo één als Sascha. En dan ook zo'n moderne maar dan ook een hyper-moderne keuken, dat je alles zo bij de hand hebt. Want als je voor acht man moet koken... Hum hum. Da's ook geen poespas. Enfin nou door fantaseren. Uum, en dan ook zo'n leuke boekenkast. Net zo één als ik laatst in de krant heb zien staan. Was die ook niet van Bruynzeel? Ik geloof van wel. Wat heb ik nou al opgenoemd? De zitkamer en salon, de keuken en slaapkamers. En nou het terras. Dat zou ook lekker groot zijn, zodat als je een feest geeft, je niet om plaats verlegen zit. Met een leuke grote tafel van riet en ook rieten stoeltjes met kussentjes. En dan zo'n laag hangende ronde lamp. En natuurlijk een leuk tuintje. Niet te groot. Met allerlei bloemen. En een garage voor onze sportwagen. Nou, nou, als ik dat zo bekijk, zal het beslist niet verder komen dan een volkswagentje. Es kijken, heb ik nou alles wat ik me wens? | |
[pagina 75]
| |
Nee, toch nog niet helemaal. In de salon wil ik graag een wenteltrap die naar boven leidt. Liefst zonder loper. En trouwens, dat past ook vind ik niet bij zo'n trap. En onderaan de trap een leuke bloempot. En aan de voorkant van het huis een groot glazen raam met een brede vensterbank, waar je dan allerlei planten op kan zetten. En achter in de tuin zo'n leuk glazen tuinhuisje, waar de kinderen naar hartelust in kunnen ravotten en verven enzovoort. En ik wil dan graag boeken schrijven. Dan moet je stilte om je heen hebben. Nou, ik geloof dat dat het was. Mijn droomhuis. Ik geloof niet dat het nog eens echt zal worden, want het kost geloof ik wel een bom geld. Maar plannen maken is altijd wel leuk. Jolanda
Bennie Marke, een jonge man van een jaar of 20, liep te bedenken hoe de toekomst voor hem eruit zou zien. Hij had namelijk een meisje lief. Zo juist had hij haar vader om de hand van zijn dochter gevraagd. Maar mijnheer Neles was nogal een zakelijke man. Hij had Bennie erop gewezen, dat hij geen grote mensen verzorgde. Dus als hij Selma tot zijn vrouw wou maken, moest hij haar in huis zetten, en liefst een huis met komfort. Hij had Bennie ingelicht over de prachtige woningen die de Bruynzeel had laten bouwen op het Flamingo-park en die net geschikt waren voor zijn kleine beurs. Bennie was namelijk een spaarzame jongeman en iemand die een sterke wil had. Als hij iets in zijn hoofd haalde, was het niet gemakkelijk het weer eruit te halen. Zo liep hij te piekeren en hij had niet eens opgelet dat hij al op het Flamingo-park was aangekomen. Daar zag hij het huis van zijn dromen, een Sekrepatoe. Hij stond het huis te bewonderen, toen hij een stem hoorde: ‘U mag het huis gaan bezichtigen, mijnheer.’ En hij keerde zich met een ruk om en keek recht in de lachende ogen van een blanke mijnheer. Het was de direkteur van de Bruynzeel. Bennie zei ‘dank u’ en liep verlegen naar binnen en keek zijn ogen uit. Het huis was komfortabel. Toen de mijnheer hem de prijs van het huis liet horen, schrok hij zich dood. Hij stotterde het uit: ‘Maar-dat-kan-toch-niet, zo'n mooi huis met viropan, parketvloer, geschilderd. Alle komfort voor dat kleine bedrag en nog erbij een ruim erf, een omheining.’ | |
[pagina 76]
| |
De direkteur begon te lachen en zei: ‘Luistert u maar goed, u weet dat men nergens anders zo goedkoop kan kopen dan bij Bruynzeel, Bruynzeel is het toppunt en Bruynzeel eist ook niet al het geld direkt, je kan in termijnen betalen en... Bruynzeel laat je hoog draaien...’ Irma
Als ik groot ben en een goed salaris verdien, ga ik een Bruynzeel-huis kopen. Het moet een mooi groot huis zijn, met een trap aan de voorkant en één aan de achterkant. En het huis moet aan de buitenkant wit geschilderd zijn. De slaapkamers moeten een licht-roze kleur hebben en de keuken een lichtgroene kleur. En de vloer moet een parket-vloer zijn. Als het huis kant en klaar is, komen er in de voorzaal twee bankstellen en een prachtig vloerkleed. Aan de wanden hang ik schilderijen en kleedjes. En in de eetzaal komt er een eettafel met mooie stoelen. Op mijn balkon plaats ik een stel van die gevlochten stoelen en een leuke tafel erbij. Mooie grote bedden komen er in de slaapkamers, en voor elk bed prachtige zachte matten. Voor elke slaapkamer koop ik een kaptafel. In de tuin laat ik mooie bloemen planten, rondom een zwembad. De tuin zal er schitterend uitzien, want er komen mooie kleine boompjes in, die geregeld gesnoeid zullen worden. Om het huis schoon te houden, neem ik een paar knechten in dienst. Zij zullen de vloer van het huis met was boenen. Wat zal het huis er toch schitterend uitzien. Voor het huis komt er nog een grote poort. En bovenop de poort zijn er allemaal potjes met plantjes erin. Zo zou ik mijn huis willen hebben. Daarom zal ik nu goed mijn best doen op school om later veel geld te verdienen om zo'n huis te kopen. Asha
Als wij nog eens zullen verhuizen van Nieuw-Nickerie naar de hoofdstad Paramaribo, dan zal mijn vader een groot huis laten bouwen met een erf van twee-en-een-halve ketting lang en één ketting breed. Het huis zal aan de monding van de Suriname-rivier komen, met een zwembad achter het huis. En aan de voorkant komt een zeewaardige boot te liggen. Achter het huis komen vier fruitbomen plus dennebomen. | |
[pagina 77]
| |
Naast het huis zal geplant worden, zoals tajerblad en meloen. Het huis krijgt drie slaapkamers, een keuken, voorzaal en eetzaal. Het is een huis op neuten, het krijgt ook een terras op het dak. Het huis wordt geheel van Bruynzeel-hout gebouwd. Voor het huis worden mooie bloemen geplant. In de buurt van van Zorg-en-Hoop zal mijn vader een stuk grond kopen om daar wat vee op te zetten, zoals kippen, varkens, schapen en paarden. Er komt ook een zekere Ford Mustang bij, die uit Amerika wordt gebracht. Mijn moeder is ook van plan een mini-dierentuin te maken met kaaimans, apen, slangen, en uilen. Turby
Als ik een miljonair was, liet ik een huis inrichten naar mijn idee. In de keuken een heleboel kranen. Eén voor water en de andere voor dranken zoals wijn, stroop en chocola en coca-cola. Bij de kast voor pannen en bestek moeten hendels zijn. Als je één overhaalt, gaat bijvoorbeeld de lade met bestek open. In de muur aan de kant van de eetkamer komt een groot houten tafelblad, dat in het midden aan een as vastzit, zodat het kan opendraaien van de eetkamer naar de keuken en poten eraan vast, zodat het kan staan. Zo kan je het klaargemaakte eten van de keuken zo naar de eetkamer doorschuiven. Aan de slaapkamerkant een luikje met een blad van hout. Als je 's morgens wakker wordt, kan je het ontbijt naar je toe trekken. De slaapkamer moet bijna geluiddicht zijn en er moet een airco in. Boven mijn bed komt een klok die 's morgens een mooi melodietje speelt zodat ik wakker word. Op een bovenverdieping een balkon dat schuin naar beneden gedraaid kan worden, zodat wanneer het regent het water meteen wegspoelt. Dat huis staat natuurlijk op een mooi erf met mooie geurende bloemen en met een fontein met kwi-kwi erin. De vloer is een Bruynzeel-parketvloer. Om het huis moet een alarmsysteem zijn tegen dieven, zodat er een bel overgaat in iedere kamer. Jammer, dat ik geen miljonair ben en ik denk ook niet dat ik het word. Ferdinand
| |
[pagina 78]
| |
‘Dromen zijn bedrog’, zo zeggen de grote mensen vaak. Maar dat hoeft niet altijd waar te zijn. Dromen kunnen ook wel uitkomen. Ik droom ook veel. En dan gaat het meestal over dingen die ik soms graag wil hebben. Een nieuwe jurk, een sportfiets. Soms droom ik dat ik een televisiester ben. Deze dromen komen niet uit, want je hebt niet de mogelijkheid om ze waar te maken. Behalve die droom van die nieuwe jurk. Die was geen echte droom. Ik had mijn moeder erover horen praten en natuurlijk heb ik ervan gedroomd. Een droom die ik altijd krijg en waarvan ik zeker ben dat die zal uitkomen, is over een huis. En dan niet zomaar een huis. Ik noem dat huis mijn droomhuis, omdat het altijd weer in mijn dromen komt. Hetzelfde huis. Het is heel anders dan het huis waarin ik nu woon. Nu moet ik bijna alles buiten doen. En als het regent...! Wel, dan is het zeer ongezellig. Ons huis is ook niet ruim. We moeten met z'n allen, behalve moeder en vader, in één kamer slapen. Je hebt geen apart hoekje waar je je spullen kan bewaren. In de zitkamer mag je niet altijd komen. En als je er soms eens in mag komen, dan moet je zodra er visite komt, gauw op je kamer gaan zitten. Dat betekent geen t.v.-kijken meer. In mijn droomhuis is het heel anders. Daar heb je ruime slaapkamers met kasten aan de muur waarin je je eigendommetjes kunt opbergen. De keuken is zo ruim, dat er een eethoekje in is. Dit maakt dat je niet heen en weer hoeft te sjouwen met vaatwerk of eten. Behalve de slaapkamers is er ook nog een aparte kamer voor de kinderen. Daar kan je rustig rommelen en hoef je niet altijd weer alles op te ruimen. Het opruimen van dingen is zo vervelend. Soms ben je aan iets bezig, waaraan je later verder wil werken. In de gewone huizen kan je het niet laten staan. Je krijgt altijd te horen: ‘Kind, ruim die rommel op’. In mijn droomhuis kan dat niet gebeuren, want wij hebben dan onze eigen kamer voor onze hobbies, huiswerk enzovoort. Er is in Suriname maar één houtbedrijf dat zulke huizen uit hout kan maken. En dat ene bedrijf is Bruynzeel. Ik hoop dat mijn droom werkelijkheid zal worden. Ik zie het al voor mij staan, een mooi huis met ruime kamers, een ruime keuken en alles wat je je in je droomhuis voorgesteld | |
[pagina 79]
| |
hebt. En dit is alles wat ik van mijn droomhuis vertellen kan. En nu nog een klein slagzinnetje: ‘Bruynzeelhuizen kweken geen muizen’. Johanna
Vaak zit ik uren achtereen te denken hoe mijn huis eruit zal zien. Wanneer ik van school ben, ga ik een huis bouwen. Een huis dat nog nooit in Suriname is gebouwd. Voordat ik met het bouwen begin, bel ik de heren van Bruynzeel op. In de telefoon zeg ik: ‘Meneer, ik wil dat u een huis voor me bouwt. Een huis waar iedereen naar zal kijken.’ Het zal een huis worden met een dak waarop gras groeit. En een heel grote garage waar ik auto's kan repareren. Het huis van mij moet een cirkelrond dak hebben. En van alle kanten moet er wind in mijn huis kunnen komen. Deze woning moet in de tuin een zwembad hebben. En naast dat zwembad moet zich een groot aquarium bevinden waarin alle vissen kunnen leven. Mijn droomhuis moet met zwarte verf geverfd worden. Waarom, vraag ik me af. Het huis van mij moet met zwarte verf geverfd worden, omdat ik zelf zwart ben. Onder mijn huis moet ruimte zijn waar mensen die nog geen onderdak hebben, kunnen blijven voor een tijd. En in dat huis moet ik roltrappen hebben, omdat mijn woning 5 verdiepingen hoog zal zijn. Drie van de verdiepingen gaan als hotel dienen. Ikzelf ga in de vijfde verdieping wonen, met mijn vrouw, ma, pa, en kinderen. Dit was mijn droomhuis. Gerardus |
|