Mijn droomhuis
(1971)–Thea Doelwijt– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina t.o. 52]
| |
[pagina 53]
| |
Ik dacht, dat ik al groot was geworden. Ik werkte hard, spaarde veel geld. Toen reisde ik naar Nederland. Ik was daar voor het eerst gegaan en keek naar alle kanten. Veel Hollanders zag ik daar. Ook bomen van ijsappels. Maar ik wist niet dat die bomen van ijsappel waren. Ik vroeg aan een vriend van mij: ‘Wat voor bomen zijn dit?’ Hij wist het, want hij was daar al eerder geweest. Dewradj
In mijn huis zou ik een gediplomeerde kleermaker hebben. Elke dag zou ik een andere jas aantrekken. Krisnadath
Ik hoefde niets te doen, want de dienstmeisjes deden alles voor me. Ze baadden me zelfs. Grace
Ik koop 5 honden en ook geen gekke honden maar buldoggen. De namen zijn Bruto, Tarra, Netto, Bruintje, Fikkie, Tommie. Dan zullen deze honden achter de dief rennen en dan zal hij schreeuwen: Nooit meer steel ik bij een Bruynzeel-huis. Gerrit
Die avond dronken we als tempeliers en we hadden gedanst tot vroeg in de morgen. Achmed
Ik zou ook een Chinese kok uit China laten komen voor het bereiden van eten. Ik en mijn geleerden zouden nieuwe wapens vervaardigen. Paul
Ik ga mijn huis in Paranam bouwen Waarom. Omdat daar veel bauxiet is, ik houd van bauxiet. Dan ga ik werken, dan ga ik de bus rijden en bauxiet vervoeren. Die bauxiet is rood. Als ik klaar ben met m'n werk, ga ik thuis om half zes. Dan is mijn lichaam niet bruin of wit maar rood. Dan ga ik wassen met zeep zodat mijn lichaam weer bruin | |
[pagina 54]
| |
wordt. Dan ga ik eten, lekker worst en bruine bonen met rijst. Dan ga ik naar de winkel om sopi te drinken, laat mijn lichaam krachtig blijven. Als ik thuis kom, moet ik wat voor de kinderen brengen. Koek, brood enz. Als ik 's morgens weer naar het werk ga, moet ik wat brengen. Rijst en wat vlees. Wat voor vlees. Kippevlees. En water in een fles. Als het twaalf uur is, gaat de sirene schreeuwen. Dan gaan de mensen uit hun werk en eten. Als de mensen klaar zijn met eten, gaan ze rusten en weer werken. Als het tijd wordt om naar huis te gaan, gaat de sirene weer schreeuwen. Dan gaan de mensen naar huis. Als ik een jaar werk, dan verdien ik duizend gulden of meer. Dan ga ik naar huis met geld. En met dat geld ga ik auto kopen op afbetaling. Per jaar betaal ik het geld. En dan wandelen, naar de film gaan en vrolijk leven. Dan ga ik rijst planten op mijn perceel en mest zaaien en oogsten. Dan weer verkopen aan de koper. En ik verdien f. 50.000,-. Dan ga ik naar Nederland. Lauten
Maar ik denk, dat m'n grootste verlangen toch wel is om eens een aannemer te worden. Als het kan, zou ik ook een zwevend huis leren maken. Goersaid
In Amerika zijn de huizen zo hoog dat de wolken door het ene raam naar binnen waaien en door het andere weer eruit.
Ik droomde dat er wolkenkrabbers in Suriname waren. De straten waren vernieuwd, zodat de veren van de auto's niet meer snijden. En ik ga ook een winkel bouwen voor mijn moeder, die erin gaat verkopen. Mijn moeder zal een groothandelaar zijn. Carlo
Misschien ga ik een auto kopen, want als er iets gebeurt, dan | |
[pagina 55]
| |
kan ik gemakkelijk mijn auto gebruiken. Ik ga niet zomaar een auto kopen, want als ik zomaar ga kopen en ik kan er niet mee rijden, dan heb ik voor niemendal gekocht. Ik ga eerst naar les gaan om auto te kunnen rijden. En dan leer ik stopborden, maketten, stoplichten en weten hoe ik moet rijden, welke richting ik moet gaan. Als ik examen ga maken en deze dingen weet en ook andere dingens van auto-rijden, ben ik geslaagd. Dan krijg ik een rijbewijs. En dan ga ik een fiets kopen. Rosinah
Ik zag een prachtig betegeld zwembad met helder wit water. Zo wit als een brooddoek. Kenneth
Op een nacht toen ik naar bed ging, heeft het mij verwonderd, dat ik verleden week door een meisje ben uitgelachen. Maar ik ben een man die alles vergeeft en dacht: Och, laat haar maar. En met deze gedachten ben ik die nacht in slaap gevallen. Maar toen ik al sliep, begon ik te dromen dat dezelfde meid die mij had uitgelachen, mijn vrouw zal worden. En opeens werd ik wakker en begon te denken: Maar hoe is zo iets mogelijk, dat deze meid mijn vrouw zal worden. En later ben ik weer in slaap gevallen en begon weer te dromen, dat ik een huis moet bouwen waar wij zouden gaan wonen. En dit alles moest natuurlijk met Bruynzeel-materialen gebeuren. En het is precies zo in beeld gekomen. Een huis op hoge neuten met vier kamers en een voorzaal, een badkamer en een toilet. En nog veel meer. Op het erf nog een hut gemaakt door boslandbewoners. En zelfs een zwembad en nog veel meer. Maar het allerlastigste is, dat ik er tot en met de dag van vandaag nog niet wijs uit kan worden. Hoe zo iets mogelijk is, dat deze meid mijn vrouw kan worden en is geworden. Romeo
En ik zou de hele dag als een prinses zitten, want mijn bedienden moeten werken en van alles doen, anders krijgen ze schorsing. Anna
| |
[pagina 56]
| |
Mijn kamer moet elke morgen schoon zijn, anders krijgen de kamermeisjes straf. Eric
Toen hoorde ik iemand binnen komen en ik zag dat het mijn man was. En hij ging baden. Toen hij klaar was met baden kwam hij naast mij liggen en zei goedenavond. Ik zei goedenavond en verder was het stil. Gerda
Daarna ga ik trouwen met een mooi meisje. Zij zal alleen maar als mijn vrouw dienen, want ik zal zes dienstmeisjes kiezen, die voor mij moeten komen werken. Eén gaat koken, de andere gaat de was doen. De derde gaat dweilen en bezemen. De vierde gaat ons bed goed spreiden. De vijfde gaat de stoelen en tafels vegen en de zesde gaat de verwelkte bloemen weggooien en betere ervoor zetten, en als één van ons ziek is, ons alles op tijd brengen. Erno
Ik zal mooie vaasjes kopen en mooie rode rozen uit de tuin plukken. En als mijn man niet thuis is, dan zet ik één van die vaasjes in de kamer van hem. Als hij dan thuis komt, zal hij verrast zijn. Ik zal mijn kinderen vragen of ze een lieve mama hebben. En ik zal lekker met mijn man zitten praten, hoe ik alles gedaan heb. Dan zal hij natuurlijk trots op me zijn. Maar als ik hem iets zal zeggen, moet hij me geen mep geven. Want dan zal ik alles laten hoe het zal zijn. Ik wil geen ondeugende man hebben. Soesilawatie
En daar zie ik mij al met mijn bruid het erf op lopen. Ik krijg als cadeau een kusje van haar omdat ik een Bruynzeel-huis voor haar heb gebouwd. Sigobert
Ik nam mijn vader en moeder in mijn huis. Ik verzorgde ze. Ik gaf ze 3 maal daags eten. Glenn
| |
[pagina 57]
| |
Samen leefden we gelukkig. Hij was een meester en ik een juffrouw. Samen gingen we op school leren. We hadden besproken dat we twee jaren zouden werken en ons geld sparen om samen een wereldreis te maken naar alle landen. Jacintha
Als ik later groot ben, wil ik een groot huis kopen met onderaardse gangen en panelen. Als ik achterna wordt gezeten door de politie, dan kunnen ze me niet te pakken krijgen. - Als ik in de garage wil komen, moet ik in een pijp kruipen en dan glij ik vanzelf naar de garage. - In de schoorsteen is een periskoop. Daarmee kan ik de hele omtrek zien. Iwan
Als ik een klein huis heb, kan ik niet vrij lopen hoe ik wil. Soms denk ik dat ik als haring in een ton zit. Daarom, wanneer ik met mijn vrouw woon, zal ik mij gelukkig voelen. Maar ik zal nooit arm zijn, want wanneer ik ontvangen heb, zal ik een voorraad levensmiddelen kopen. Want als ik geen geld meer heb, dan zit ik vast, dan kan ik niet eten. Als ik mijn buurvrouw wat ga vragen, moet zij mij niet zeggen, dat ik als een kerkrat pinaar. -Hoe ik nu woon heb ik last van heel wat mensen.
En voor de deur van mijn poort zou ik een brievenbus hebben. Zodat, als ik brieven uit andere landen kreeg, de postbode mij niet zou storen, of als ik mijn kranten kreeg, de krantenjongen of krantenman mij ook niet zou storen. Sandra
Wij wonen allen op de plantage. Wij zijn erg arm. Wij wonen in een hut. Rijke mensen wonen in een groot mooi huis. Ze zijn ook geverfd. Onze hutten zijn wat bouwvallig. Rijke mensen hebben grote televisie. Deze rijke mensen verzorgen geen koeien zoals wij. Wij planten groenten en padi. Maar ik verlang alleen maar naar de stad. In de stad is het erg prettig. In de stad gaan we altijd met de bus naar school. Op school zijn er meer vrienden dan thuis. Op de plantage moeten de kinderen te voet naar school. | |
[pagina 58]
| |
Als het regent, zijn de scholen op de plantage onder water. De straten zijn ook onder, als het hard regent. In de stad zijn er grote huizen met meubels, grote kamers, eetkamer, slaapkamers en nog veel meer. Op de stad slapen wij op een matras. Elke nacht kunnen we naar televisie kijken. Op de stad is het leven erg rustig. Er zijn wel dieven. Op de stad moet men voorzichtig zijn. We moeten alleen maar stroom betalen. Geen dier te verzorgen. We hoeven alleen maar te kopen. Wij verlangen naar een groot mooi huis op de stad.
Een grote radio om elke dag te luisteren naar mooie liederen, hindoestaanse liederen, javaanse liederen, nederlandse liederen, kreoolse liederen, engelse liederen enzovoort. Het huis moet met alle kleuren geverfd worden, zoals rood, geel, groen, bruin, blauw, wit, oranje, rose. Anne
En als ik van het werk kom, draai ik de hele middag de platenspeler. Daarna neem ik een middagdutje. Als het de volgende morgen is, moet ik weer naar het werk. En dan rijd ik naar het werk en ik zet de radio aan in de auto. Ik luister naar mooie platen en dat vind ik gezellig in de auto. En als ik weer thuis ga, dan ga ik eten en weer aan de platenspeler om naar de muziek te luisteren. Dan hoor ik blaffen. Er passeert iemand, daarom blafte de hond. En ik schreeuw die hond van mij en ik ga weer naar de muziek luisteren. Hendrik
Dan ga ik mijn huis versieren, dat alle mensen naar mijn huis kijken. Ik ga ook een paar balletjes van plastiek, een kaaiman, en vlinders en speelwaren hangen. En naast mijn huis gaat een schuur komen met 120 zakken padi erin. Charles
Op het einde van mijn leven ga ik een nieuw leven tegemoet, in mijn nieuwe en eeuwige huis ‘het graf’. Pauline
| |
[pagina 59]
| |
In ons nieuwe huis hebben wij geen elektrische lampen, maar gewone gaslampen. Wij hebben in ons huis vijf kamers bovenop en vier kamers benedenop, plus twee mooie grote voorzaals in ons huis. En in die voorzaals van ons huis hebben wij mooie en grote lijsten, kalenders en twee getuigschriften van m'n zusters en twee van mijn neefjes. Daarna hebben wij twee radio's, een kleine en een grote. En wij hebben pas in maart een nieuwe klerenkast gekocht. Ik heb geen vader, maar toch leef ik gelukkig. Ik blijf alleen met m'n moeder en oom, opa en oma. Wij hebben in ons huis drie bedden en een paar papaja's. Mijn vader ging vroeger ook op bed slapen, maar van wanneer hij dood is gegaan, slaapt mijn grote broer op dat bed van mijn vader. En ik slaap niet bij mijn moeder, maar ik slaap bij mijn oma. En wij hebben een naaimachine in ons huis, de naaimachine van mijn moeder. Wij hebben een gasfornuis thuis, maar wij koken er nog niet op. Ik heb een foto laten maken met m'n zwager. Mijn vriend Johnny en ik staan op die foto. Op een zonnige dag had mijn moeder gevraagd welke jongen naast mij staat. Toen heb ik m'n moeder verteld dat hij mijn vriend is. Toen ging mijn moeder vragen hoe hij heet. Heb ik toen aan haar gezegd dat hij Johnny heet.
Ik zal genieten in zo'n prachtig Bruynzeel-gebouw. Nu mag niemand daar komen, want ze denken dat je gaat stelen. Al dikwijls ben ik door de timmerlieden weggejaagd. Ze denken dat ik iets kom stelen, maar dat is toevallig niet zo, hoor, want ik ben geen dief om materialen te stelen, maar ik ging altijd vogels vangen. Jozef
Dan achter de voorzaal de keuken die door een hokje verbonden zijn, zo met een lopende band. Als iemand drinken wil voor zijn gasten, zegt hij het even, wat ze willen, en dan, de persoon die in de keuken is, zet de dranken op de band, drukt op een knop en de dranken komen via die band van de keuken naar de voorzaal. Dino
| |
[pagina 60]
| |
Opeens hoorde ik geklop aan de deur van mijn kamer. Toen hoorde ik de stem van mijn vader. Zo heb ik mijn droom verloren door het geklop aan de deur van mijn kamer.
En als je in dat huis binnenkwam, at je totdat je pufte. Maar toen voelde ik een hand over mijn lijf en ik werd wakker, want ik moest dingen gaan sjouwen om op school te verkopen, want mijn moeder is een arme vrouw. Toen ik terugkwam, zat mijn moeder op een aardappelkrat en ik vertelde haar alles wat ik gedroomd had.
Het was op zondag. Ik was die dag vrij van school. Ik en enige vrienden van mij zaten in een manjaboom. En wat dacht je dat we daar deden: Wij zaten te smullen van de manja, die zo rijp en lekker waren. Toen we klaar waren met smullen, sprongen wij eruit. Zo'n manjaboom was echt niet hoog. En ieder ging naar huis en zeepte zijn handen. Want zo'n vlek van een manja is echt niet gemakkelijk om eraf te wassen. Toen we klaar waren, klommen we weer in diezelfde manjaboom. Ik vroeg toen aan mijn vrienden: Wie wil nu wat vertellen als je groot wordt. Maar toen zei één van mijn vrienden: Wil jij nu even voorbeeld geven wat je gaat doen als je groot wordt. Ik werd wat verlegen, maar ach toch was ik alleen in een jongensgezelschap. Ze waren allemaal benieuwd te weten wat ik vertellen zou. Ik begon: Als ik groot word en wat in de maatschappij word, dan wou ik ten eerste een mooi en geleerd meisje die goeie manieren heeft. Ik trouw en wil zo spoedig mogelijk een huis bouwen. Maar hoe ik aan geld ga komen, weet de Goede God. Maar in mijn jeugd vertel ik zo, wat later betreft weet ik niet. Gudo
Ik neem ook een vrouw in huis en een bediende om mijn kleren te wassen. En ik kreeg zes kinderen met deze vrouw. En ik laat deze vrouw en kreeg nog twee kinderen met een andere vrouw. | |
[pagina 61]
| |
En zo bleef ik met deze vrouw wonen. Na enkele jaren gingen we naar Nederland. En dan kwamen We weer in Suriname wonen. Ik en mijn vrouw bleven gelukkig en blij in ons nieuwe huis. Na een paar jaren ging mijn vrouw dood. En ik werkte om mijn kinderen te verzorgen. Eén zat op de mulo en de andere op de tweede mulo. En ik werkte met mijn zestigste jaar op school en dan werkte ik niet meer. De kinderen moesten gaan werken om mij te verzorgen, anders kon ik niet eten en drinken. En dan ging ik met mijn vierenzestigste jaar dood en mijn kinderen bleven achter. En op mijn lijst stond: Rust in vrede. En ik laat alles voor mijn kinderen.
De voorzaal van mij was precies, want toen ik gefuifd had, konden zoveel mensen dansen, dus je ziet, ik geef geen tori met m'n huis. Duncan
Ik zou graag een Bruynzeel-huis willen hebben met een groot erf. Thuis hebben we televisie en daardoor kan ik heus niet leren. Het is me een lawaai: Mijn vader luistert televisie, mijn broer luistert naar de radio, zo kan ik helemaal niet leren. Daardoor kan ik niets onthouden wat ik leer.
Toen we terugkeerden, dacht ik nog alleen aan mijn droom, dat ik niet keek waar ik liep en stootte mijn voeten en viel. Een Paar jongens die aan de overkant waren, lachten me toen uit. Moeder greep me bij de hand en tilde me op.
Als ik verpleegster word, dan heb ik geen ziekte en dat mooie uniform. Als ik onderwijzeres word, dan ben ik in de vakantie vrij. In de vakantie ga ik een ander werk zoeken. Ik wil ook naaister worden. Ik ga doorstuderen. Als ik mijn diploma heb voor naaister, hoef ik niemand te vragen een jurk voor mij te maken, maar ik zal het zelf doen. Esseline
Zodra mijn huis klaar was, ging ik vanzelf erin wonen. Toen | |
[pagina 62]
| |
ik vanuit mijn moeders huis verhuisde, keken de mensen waar ik naar toe ging. Ze dachten, dat m'n moeder me had weggejaagd. Die mensen denken aan zulke dingen om aan anderen te gaan vertellen. Ze wisten niet eens waar ik naar toe ging.
Ook zou ik graag laaghangende lampen willen hebben, met gekleurd licht, zodat de muren er een beetje spookachtig uitzien. In de keukendeuren zou ik dan een ingebouwde vuilnisbak laten bouwen. Astrid
Ik zou lichten in het gras laten aanleggen, dat je ook 's avonds de planten kan zien. Ronald
Men moet een waterbuis in de badkamer plaatsen, die met de waterleiding is verbonden, en die buis heeft kleine gaatjes, en als je op de gele knop drukt, gaat het water van alle kanten spuiten. James
Zo was er hier in Nickerie brand uitgebroken. Het was 's morgens tegen 9 uur. We zagen vurige tongen uit dat gebouw komen...
Als ik niet wist, waar ik moest gaan, dan drukte ik op een knop en de ideeënbus, die in een mahoniehouten kast was, kwam met een idee voor de dag. Harold
Na drie maanden hield ik opo oso met mijn vrouw, kinderen, familieleden en kennissen. Nou het heeft me zeker meer dan dertig gulden gekost. - Na een paar maanden heb ik een kleine baby gekregen. Wat vond mijn moeder hem mooi. Wilhelm
En mijn moeder zei: Ik heb 10 kinderen. Eén van 20 jaar, hij werkt al, maar hij moet voor z'n vrouw zorgen. Die andere vijf moeten elke morgen op school gaan, maar die vier anderen gaan nog niet op school. | |
[pagina 63]
| |
Ik heb geen man in huis, ik ben schoonmaakster van een uloschool, ik verdien 53 gulden per maand. Ik moet huishuur betalen, ik moet kleren kopen en ik moet mijn kinderen eten en drinken geven...
Nu ben ik al groot en werk ook. En op 24 juni 1970 word ik hoofddokter. En ontvang iedere maand achthonderd gulden. Eind van de maand, wanneer ik ontvang, krijgt moeder driehonderd, driehonderd gaat bij de bank en tweehonderd voor mij. Maar na vier jaren ging ik naar Nederland om verder te studeren. Toen ik terug in Suriname kwam, werd ik minister van Volksgezondheid. Nu ontving ik f. 10.000,- per maand. Toen woonde ik in een gewoon huis. Na een paar maanden werd ik verloofd. Toen na twee maanden had ik geld genoeg en toen trouwden we. Drie grote varkens werden geroosterd, plus vijf-en-zeventig kippen. Na ons huwelijk begon ik een besluit te nemen, want ik zou een nieuw huis bouwen. Richenel
Elke week moeten wij ons huis schoonmaken. Het is erg vervelend voor ons, want het huis is zo groot. Wij moeten ook met een ladder klimmen. Dat vind ik erg vreselijk, want je kan ook ondersteboven vallen. Dan ga je een ongeluk krijgen. Maar mijn moeder zegt dat je het met een ragebol moet doen. Dan heb ik tegen mijn moeder gezegd, dat het zwaar is voor mij. Als ik het niet doe, dan gaat ze me slaan. Maar ik hoop, dat mijn moeder het zelf doet, want ik kan het huis niet schoonmaken.
We hadden toen een groot feest gevierd. We hadden een film besteld. De mensen waren in hun schik. Ze zongen, ze dansten, ze maakten veel pret. Twee uur 's avonds waren er niet zoveel mensen meer. 's Nachts sliepen we niet, we moesten alles opruimen. Maar m'n kleine zusjes en broertjes gingen slapen. M'n tante en m'n oom waren gebleven. | |
[pagina 64]
| |
De mannen sliepen, maar de vrouwen maakten alles netjes. Gisla
Dan zal ik mijn moeder voorlopig bij mij in huis nemen. Nu op dit ogenblik is zij in een huis van een familielid van haar. Maar wanneer ik groot geworden ben, dan zal ik een paar erven voor mijzelf kopen en één voor mijn moeder. Dan zal ik er een Bruynzeel-woning op laten bouwen. Dan zal ik ook een stel stoelen voor de eetzaal kopen en ook een bankstel. Mijn moeders huis zal ook vernist worden. Slot: Natuurlijk zal ik er ook voor zorgen, dat zij ook een koelkast krijgt en vanzelf ook een t.v., dat zij een afleiding heeft.
Ik zou een grote kooi maken voor papegaaien, zodat ik met ze kan praten. -Als ik jarig was, zou ik de ministers, de statenleden en de doktoren uitnodigen. Henry
Ik ging ook eens bij de direkteur van Bruynzeel. Hij gaf mij een handje en ik bestelde een paar kist Parbo bier en ik en de direkteur en alle mensen dronken veel. En hij bestelde ook een bier en hij kocht vijf kippen en die vrouw van de direkteur kookte die kippen, rijst, bruine bonen en we hadden ieder gegeten en we waren weer naar huis gegaan. Gonesdath
Iedereen gaat dan willen komen logeren. Omdat zij het huis zo mooi vinden. En als een dag de hele familie komt, dan kan ik niet weigeren. En als ik zeg: Een vierde deel van de familie mag blijven en drie-vierde deel moet weggaan, dan gaat de hele familie weg en komen ze nooit meer logeren. Dan ben ik alleen. Ik kan dan met niemand praten. En niemand gaat dan ook meer komen om bij mij te komen logeren. Ik ben dan alleen en niemand komt meer. En als ik zie dat de volgende dag weer de hele familie komt, dan ben ik blij en spring in de lucht, dat ik mijn hoofd kapot sla. Het kan mij niet schelen, want ik spring van vreugde. Maar als de familie dichtbij is gekomen, dan ga ik doen alsof ik niet blij ben. Maar als de familie bij mij is, groet ik ze allemaal. | |
[pagina 65]
| |
En als ze willen komen blijven, laat ik ze met rust. Ze mogen jaren blijven, maar ik ga mijn mond niet opendoen om te zeggen: Er is niet genoeg plaats om te slapen. Denny
Vier jaar geleden ging mijn vader een huis laten bouwen. Ons huis was een oud gebouw. Ze gingen het oude gebouw afbreken, want dat huis was van steen en een paar dingen waren ook nodig voor dat nieuwe huis. Mijn vader had ook nieuwe planken enz. gekocht van Bruynzeel. Toen ze dat nieuwe huis gingen bouwen, woonden wij in een kleine hut. Het was van zinkplaten gemaakt. Wij gingen pinaren, want als het regende, werden we nat. Die mensen, die dat huis bouwden, moesten hard werken, want het zou lang duren om te bouwen. Het was een hoge neuten huis. Toen de mensen het huis half gebouwd hadden, gingen we daarin wonen. Het had geen ramen en ook geen deuren. Mijn vader ging op het raam triplex spijkeren. En de mensen bouwden door. Na een week was er geen plank om te bouwen. En die tijd had mijn vader ook geen geld. Toen ging m'n vader stoppen met het bouwen. Een huis bouwen is geen kleinigheid. Wanneer je geld hebt, dan pas kun je een huis bouwen, anders niet. En tot nu toe moet het huis afgebouwd worden. Het moet geverfd worden en beneden is er ook een beetje werk. En wat wij nu willen, is er nog niet. We hebben nog niet zoveel meubels. Het huis is nog niet geverfd, daarom wil m'n vader geen meubels kopen. En nog één ding: Er is geen elektriciteit daar. En ik wens, dat het huis in dit jaar klaar komt met bouwen en verven.
Een televisie bevestigd aan het voeteneind van het bed, want het kan ook het geval zijn, dat ik een dag ziek zou kunnen worden. Een telefoon, je hoeft geen schijf te draaien, alleen maar op een genummerd knopje drukken. Ook een nachtkastje met pillen en drankjes voor griep en verkoudheid. -In de gang gaten in de muur voor de paraplu's. En in alle vier hoeken van mijn erf kleine zoeklichten die aan- en uitgaan. Gerold
| |
[pagina 66]
| |
Een mooie studeerkamer waar ik 's avonds naar de sterren kan kijken met een sterrenkijker en dan kan ik de sterren een beetje bestuderen. Albert
In het midden van de tuin ligt een zwembassin waarin ik elke dag zwem. Het water is lichtblauw en ruikt naar eau de cologne. En een beetje verder ligt een mooi wit paard waarop ik rij. Susan
Eindelijk had ik dat hele huis bezocht. Alles vond ik mooi. Ik wou er altijd blijven maar toch is het gebeurd dat ik het moest verliezen. Dat kwam, omdat ze me getrokken hadden. Ik huilde, ik ratelde als een slang, maar tevergeefs. Ik hoorde m'n vaders stem: Wat is er, wat is er jongen. Toen ik m'n ogen opendeed, zag ik diezelfde ouwe gaslamp en diezelfde ouderwetse klerenkast.
Het huis moet zodanig gemaakt zijn, dat er in de slaapkamers geen zon schijnt en dat ik 's avonds rustig kan slapen zonder last te hebben van muskieten. Jacintha
In de winkel help ik met het verkopen van levensmiddelen zoals altijd. En ik ben dol op boodschappen doen. Maar ik blijf niet altijd thuis, ik houd ook veel van de school. Op school doe ik mijn best, want als je je best niet doet, word je in de toekomst niets. Dan loop je op straat als een vagebond. Ik doe mijn best omdat ik wat in de toekomst wil worden. Zoals een handelaar. Henny
Wij hebben een oud huis dat niet zo goed is. Mijn vader dronk te veel sopi en daarom konden wij niet een nieuw huis kopen. Thans drinkt hij niet veel en kan geld gespaard worden.
Toen ging mijn broer een paar mensen uitnodigen. We hadden die dag flink feestgevierd. Alle mensen, die uitgenodigd waren, waren dronken naar huis gegaan.
| |
[pagina 67]
| |
Wanneer ik mijn huis zou gaan bouwen, dan zou ik in een hoge neuten huis wonen, want als je in een vlet woont, kunnen er gemakkelijk dieven binnenkomen. Het kan een avond voorkomen, dat je naar t.v. zit te kijken en ineens zie je dat iemand op je komt aandansen en vraagt waar je geld is en als je me niet wil geven, dan maak ik je dood. En als het hard regent, net als hoe het in mei heel hard had geregend dat bijna de hele stad onder water was, kan het ook gebeuren dat je erf onder komt te staan dat het helemaal naar binnen stroomt. Daarom neem ik liever een hoge neuten huis dan een vlet. Mirriam
Ik ben nog een kleine jongen maar ik heb veel plannen. Bijvoorbeeld met wie ik ga trouwen. Geen lelijk meisje maar een mooie meid die veel van mij houdt. En ik denk dan ook waar ik ga wonen. Nou, vanzelf in een mooi huis. Mijn vrouw is mooi, mijn huis moet dan ook mooi zijn. Maar je moet ook geld hebben. Daarom goed leren op school en iets goeds worden in de maatschappij. Daarna moet je je huis bouwen. Je kan niet altijd bij je moeder wonen. Zij geeft je goede raad en dan is ze ook van je af. Ze vertelt over Bruynzeel, over het hout dat zo mooi is en dan zegt ze, dat je moet sparen om een mooi huis te bouwen. En wanneer ik heb gespaard, laat ik een huis bouwen, maar geen gewoon huis. Een huis met een parketvloer in de voorkamer en ‘visgraat’ in de andere kamers. En een mooie keuken. Een keuken met een bar. Dan kan je een glaasje drinken met je vrienden en dan komen ze met plezier in je huis. En als de keuken mooi is, bakt je vrouw met plezier en dan smaakt het eten lekkerder dan lekker. Verder wil ik een mooie eetkamer-set. O, o, wat zal ik genieten van mijn huis en dank zij de goede raad van mijn moeder, die mij vertelde over het goede bouwbedrijf Bruynzeel. Bruynzeel, zei mijn moeder, is bovenal. Neem als je mag kiezen Bruynzeel. Alleen mag mijn vrouw niet met spijkerhakken door het huis lopen, al houdt zij van spijkerhakken. In zo'n huis maakt mijn vrouw geen ruzie (iets waar vrouwen | |
[pagina 68]
| |
zoveel van houden). Zij is zo trots op het huis. Als er geen ruzie is, leef je langer en gelukkiger met haar. Geen ruzie en geen mopperen, want vrouwen zijn altijd zo ondankbaar. Maar in een Bruynzeel-huis zullen wij lang en gelukkig samen leven. Emile |
|