1917 [De veroordeeling van J.C. Schröder]
Geachte Redactie,
Een vonnis op grond van de mogelijkheid van een gevaar, ‘dat iets had kunnen gebeuren’ wat niet gebeurd is - wie gevoelt niet het absurde en verachtelijke daarvan. Absurd en verachtelijk als de uiting van den procureur-generaal, die de teekeningen van den ‘beruchten’ Raemaekers ‘kwetsend voor ons nationaal gevoel’ noemde.
Waar een procureur-generaal in tijden als wij thans beleven uit serviliteit zijne nationaliteit op dergelijke wijze prijs geeft, en het nationaal gevoel van den Duitscher identificeert met dat van den Nederlander, daar kan geen sprake zijn van recht, daar kan niet anders heerschen dan brute macht en laffe vrees. Of het juist is, de aansprakelijkheid voor den oorlog aan enkele personen toe te dichten, wil ik daar laten, mits men dan niet over het hoofd ziet, dat die enkelen het geheele Duitsche volk achter zich hadden, hetwelk sinds Bismarck zijne persoonlijkheid en zijn verleden ten offer bracht aan een levensideaal, dat Pruisen en zijn politiek tot den verklaarden vijand der menschheid maakt.
Schröder heeft den edelen moed gehad, degenen, die den oorlog, hetzij ontketenden, hetzij niet verhinderden, toen dit nog in hunne macht stond, ‘schurken’ te noemen. Hij vertolkte daarmede het gevoelen van het beste deel der natie. Waar blijven nu de strijders voor ‘recht’, de ‘revolutionnairen’ en ‘denkers’, de vijanden van 't Gouden Kalf, de protestvoerders tegen het ‘sabelgekletter’, tegen het vonnis van Dreyfus, van Ferrer, tegen de interventie van Italië in Mei 1915? Ach, het was zoo gemakkelijk en onschadelijk tegen dit alles te protesteeren en te fulmineeren en Frankrijk, Italië en Spanje lagen zoo heerlijk ver weg!
Heil U, Schröder, dat gij den moed tot uw overtuiging gehad hebt. Al waart gij de eenige: de geschiedschrijvers van het nageslacht zullen niet kunnen zeggen, dat er tijdens den wereldoorlog geen enkele man meer was in het verbijbelde, verpolitiekte, verclericaliseerde, verwetenschappelijkte, verdeftigde en verdorde Nederland.
alphons diepenbrock