W. Moll, Geert Groote's verklaring aangaande den inhoud zijner prediking te Utrecht, Studiën en Bijdragen op 't gebied der historische Theologie, 1 (1870), p. 404-411; Tabvlae codicum manv scriptorvm praeter Graecos et Orientales in Bibliotheca Palatina Vindobonensi asservatorvm, VII, Wenen, 1875, p. 252-254, nr. 13.708; Jacob van Maerlant's Spiegel Historiael. Tweede Partie, bewerkt door Philip Utenbroeke, uitgegeven door F. von Hellwald, M. de Vries en E. Verwijs, Leiden, 1879; P.J. Blok, Verslag aangaande een onderzoek in Duitschland en Oostenrijk naar archivalia belangrijk voor de geschiedenis van Nederland, 's-Gravenhage, 1889, p. 56, nr. 46; Jacob van Maerlant's Strophische gedichten, nieuwe uitgave, bewerkt door J. Franck en J. Verdam, Groningen, 1898, p. XIV en 61-84; W. de Vreese, De handschriften van Jan van Ruusbroec's werken, Gent, 1900-1902, p. 276-277; W. de Vreese, De Dietsche boeken van 't Rooklooster omstreeks het jaar 1400, Album Kern, Leiden, 1903, p. 402-403; herdrukt in W. de Vreese, Over handschriften en handschriftenkunde. Tien codicologische studiën. Bijeengebracht, ingeleid en toegelicht door P.J.H. Vermeeren, Zwolle, 1962, p. 68 (Zwolse Reeks van Taal- en Letterkundige Studies, 11); C.G.N. de Vooys, De Dietse tekst van het tractaat: ‘De libris teutonicalibus’, Nederlandsch Archief voor Kerkgeschiedenis, Nieuwe Serie, 4 (1907), p. 117-134; Jacob van Maerlant's Strophische gedichten. Nieuwe bewerking der uitgave van Franck en Verdam door J. Verdam en P. Leendertz Jr., Leiden, 1918, p. XVI en passim; R. Roemans, Beschrijvende bibliographie van en over Jan van Ruusbroec, Jan van Ruusbroec, leven, werken, Mechelen-Amsterdam, 1931, p. 331; C.C. de Bruin, Middelnederlandse vertalingen van het Nieuwe Testament, Groningen-Batavia, 1935, p. 334-337; J. Van Rooij, Gerard Zerbolt van Zutphen, I. Leven en geschriften, Nijmegen-Utrecht-Antwerpen, 1936, p. 340-341, nr. 126; J.G.J. Tiecke, De werken van Geert Groote, Utrecht-Nijmegen, 1941, p. 156; F. Stegmüller, Repertorium biblicum medii aevi. Tomus IV: Commentaria. Auctores N-Q, Madrid, 1954, p. 92, nr. 5983 en p. 93, nr. 5984; H. Menhardt, Verzeichnis der altdeutschen Handschriften der Österreichischen Nationalbibliothek, III, Berlijn, 1961, p. 1331-1337; J. Deschamps, Middelnederlandse vertalingen van Super modo vivendi (7de hoofdstuk) en De libris teutonicalibus van Gerard Zerbolt van Zutphen, Handelingen der Koninklijke Zuidnederlandse Maatschappij voor Taal- en Letterkunde en Geschiedenis, 14 (1960), p. 72-74; R. Lievens, De nieuwe Weense handschriftencatalogus, Leuvense Bijdragen, Bijblad, 53 (1964), p. 6; J. Deschamps, Het Weense handschrift van de ‘Tweede Partie’ van de ‘Spiegel Historiael’, Kopenhagen, 1971, p. 25-53 (Mediaeval Manuscripts from the Low Countries in Facsimile, 1).