Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdoratorischEtym: Lat. orator = spreker, redenaar. Kwalificatie van die teksten die primair beheerst worden door dat element van de retorica dat de ars persuadendi betreft: overreden, overtuigen. Vandaar dat oratorische teksten of tekstgedeelten gericht zijn op het geven van argumenten, bewijzen en condities ter adstructie van de hoofdgedachte. Oratorische teksten hoeven niet per se in proza te zijn geschreven, maar kunnen ook de vorm van poëzie hebben (bijv. als leerdicht), al zal men ze zelden zien samenvallen met lyrische poëzie. In de traditie maakt men een onderscheid tussen de oratorische periode (periodus-1) of volzin en de historische; die laatste geeft feiten en omstandigheden. Lit: G. Ueding (red.), Historisches Wörterbuch der Rhetorik, dl. 6 (2003), kol. 412-416.
|
|