Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Voorwaarden voor hergebruik
    • Disclaimer
    • Voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid

Informatie terzijde

Algemeen letterkundig lexicon
Toon afbeeldingen van Algemeen letterkundig lexicon

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave




Downloads

Lexicon van drama en theater (4,42 MB)

Lexicon van de poëzie (5,01 MB)

Lexicon van de retorica (1,62 MB)

Lexicon van de verhaalkunst (3,59 MB)

Lexicon van literaire genres (13,34 MB)

Lexicon van de literatuurgeschiedenis (15,45 MB)

Lexicon van de algemene literatuurwetenschap (2,36 MB)

Lexicon van handschriftenkunde, boekwetenschap en editietechniek (19,90 MB)



Genre

sec - letterkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Algemeen letterkundig lexicon

(2012-....)–anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

atmosfeer

Term uit de literaire kritiek voor de gevoels- en gedachtewereld die kenmerkend wordt geacht voor een kunstwerk. De ervaring leert dat het ene literaire werk affectief sterker geladen wordt geacht dan het andere. Moeilijker wordt het deze uitspraak vol te houden ten aanzien van bijv. twee afzonderlijke individuele gedichten, zeg ‘Uitvaert van mijn dochterken’ van Vondel en ‘De pruimenboom’ van Van Alphen (hoewel het eerste gedicht ongetwijfeld als ‘aangrijpender’ over zal komen dan het laatste). Interessant is nu dat, hoewel beide gedichten over een kind gaan, met vrij grote zekerheid kan worden vastgesteld dat - los van deze ‘geladenheid’ van een tekst - Vondels gedicht een andere sfeer heeft dan dat van Van Alphen.

Ook op andere dan inhoudelijke gronden worden er dikwijls uitspraken gedaan over de verschillen in stemming tussen het ene concrete gedicht en het andere. De twee qua onderwerp vergelijkbare gedichten ‘Nacht’ van resp. I.K. Bonset (De Stijl, jrg. 4, 1921) en van H. Warren (Vijf in je oog, 1953) zouden in atmosfeer verschillen o.a. door het feit dat Bonset een kortere regel hanteert en andere herhalingsvormen toepast dan Warren, terwijl iets soortgelijks kan worden opgemerkt over beider syntactische structuren en rijmvormen.

Het is overigens kenmerkend voor de lezersuitspraken over de sfeer van een tekst dat er - naast de bovengenoemde inhoudelijk en/of formeel gebonden verschijnselen - een diversiteit van anderssoortige factoren (mede)bepalend blijkt te zijn voor datgene wat men de stemming van een tekst noemt, welke factoren veelal minder tekstgebonden en meer lezersgebonden zijn dan die uit de twee genoemde categorieën. Men denke aan biografische gegevens van de schrijver, de context van een dichtbundel of roman, het oeuvre van een auteur, de eventuele zangwijze van een gedicht, illustraties bij een tekst, of tekstuele elementen die afhankelijk van de individuele lezerssituatie op een bepaalde manier van connotaties worden voorzien, geprojecteerd op de tekst. In het algemeen gesproken is het toekennen van een bepaalde atmosfeer gebonden aan het oordeel en de smaak van de lezer. Onderzoek naar deze en soortgelijke verschijnselen is de taak van de empirische receptie-esthetica.

Lit: C.F.P. Stutterheim, Problemen der literatuurwetenschap (1953), p. 62-98. 

atlas atonale poëzie

thematisch veld:

Begrippen uit de esthetica
Betrokkenheid versus afstandelijkheid

Vorige Volgende