Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdparadoxEtym: Gr. para-doxa = tegen de verwachting. Stijlfiguur afkomstig uit de logica die behoort tot de gedachtefiguren waarin een tweeledigheid als tegenstelling (antithese) is ingebouwd. De paradox heeft de vorm van een tegenstrijdigheid, maar bevat een dieperliggende waarheid die de tegengestelde componenten met elkaar verzoent. Een voorbeeld van zo’n schijnbare tegenstrijdigheid is het Bijbelse ‘niets hebbende, alles bezittende’ (2 Cor. 6:10). De paradox kan ook voorkomen als hoofdthema van een (deel van een) literair werk. Zo is Erasmus’ Lof der zotheid (1509) gebaseerd op het principe dat de meest dwaze mens ook de meest wijze is. In de romantiek – met zijn voorkeur voor individuele vormgeving van individuele gevoelens en fantasieën – floreerde de paradox in allerlei genres en situaties. Zo schrijft Multatuli: Ieder ziet hier dat ik geen schrijver ben. Bij Menno ter Braak is de paradox een geliefd stijlmiddel om aan de ‘gefixeerde’ of ‘versteende’ vormen die aan taal eigen zijn te ontkomen. In zijn werk zijn dan ook tal van paradoxen aan te wijzen. Zo legt hij zijn fictieve gesprekspartner in Van oude en nieuwe christenen (1937) de volgende paradox in de mond: Gijsbertus. Ik kan mij dus veroorloven je met geklets te vervelen, want mijn geklets zal je beste inspiratie en de verveling zal je amusement zijn. Wat denk je van déze paradox? Lit: C. Brooks, The well wrought urn (19712) G. Kazemier, De literaire paradox (1972) R. Landheer, ‘Wat is het specifieke van literaire paradoxen?’ in Corpusgebaseerde woordanalyse (1987), p. 125-135 P. Geyer & R. Hagenbüchle (red.), Das Paradox. Eine Herausforderung des abendländischen Denkens (1992) R. Landheer & P.J. Smith (red.), Le paradoxe en linguistique et en littérature (1996) G.W. Erickson & J.A. Fossa, Dictionary of paradox (1998) Ch. Estienne & T. Peach, Paradoxes (1998) N. Rescher, Paradoxes: their roots, range and resolution (2001) G. Ueding (red.), Historisches Wörterbuch der Rhetorik, dl. 6 (2003), kol. 516-524 R.A. Sorensen, A brief history of the paradox: philosophy and the labyrinths of the mind (2003) M. Clark, Paradoxes from A to Z (20072) P.G. Platt, Shakespeare and the culture of paradox (2009).
|