Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdstaartBegrip uit de hoofse lyriek – ook aangeduid als Abgesang of queu – voor het slot van een strofe van een hoofs minnelied-1, door een snede gescheiden van de kop. De staart is een vast onderdeel van het tripartition, de drie delen waaruit het lied bestaat. Het dichten met kop en staart werd overgenomen in de Middelnederlandse lyriek, bijv. door Hadewijch. Lit: N. de Paepe, Grondige studie van een Middelnederlandse auteur. Hadewijch. Strofische gedichten, 2 dln (19722), deel Studie, p. 39-43.
|
|