Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdimpliciete lezerEtym: Lat. implicitum = erin betrokken < im-plicare = in-vouwen, in-wikkelen, met iets verbinden. Term uit de receptie-esthetica waarmee het geheel van teksteigenschappen wordt aangeduid dat een lezer leidt bij de receptie van een tekst, bijv. om hem de betekenissamenhang van die tekst te doen zien. In de praktijk betreft het de verteltechnische manipulaties van de auteur-verteller om zijn bedoelingen en opvattingen op de lezer over te brengen, bijv. door hem een bepaalde identificatie (met één of meer personages) op te leggen via het vertelprocédé. Het begrip werd in de verteltheorie geïntroduceerd door W. Iser in samenhang met de implied author en de implied reader van W.C. Booth. De impliciete lezer is, net als de impliciete auteur, een constructie die tijdens de lectuur uit de tekstuele gegevens wordt opgebouwd. Het gaat daarbij niet om het beeld van een persoon of een bewustzijn, maar om een stelsel van waarden, normen, culturele bagage en attitudes waarover men dient te beschikken om de tekst te kunnen lezen en de fictionele wereld te kunnen (re)construeren op een manier die overeenstemt met die van de impliciete auteur. Een dergelijke lezer is niet dezelfde als de lezer die al dan niet expliciet in de tekst wordt toegesproken (bijv. als personage in de fictieve wereld van de tekst). Het betreft evenmin de lezer als biografische of geïntendeerde persoon, want de tekst kan vele en sterk verschillende lezers hebben, maar in feite één fictionele lezer. Lit: W. Iser, Der implizite Leser. Kommunikationsformen des Romans von Bunyan bis Beckett (19792) W.J.M. Bronzwaer, ‘Implied author, extradiegetic narrator and public reader’ in Neophilologus 62 (1978) 1, p. 1-18 L.M. Heemskerk, ‘De lezersrol in Louis Ferrons ‘Hoor mijn lied, Violetta’ in Forum der letteren 30 (1989) 4, p. 267-276 W. Iser, Der Akt des Lesens (19944).
|