Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdeclogeEtym: Gr. ek-logè = keuze < ek-legein = uit-lezen, eruit pikken. In de Romeinse keizertijd ontstane benaming voor een kort, uitgekozen gedicht. Sinds echter de tien gedichten van de Bucolica (bucolische poëzie) van Vergilius Eclogae werden genoemd, is ecloge in specifieke zin de benaming geworden voor een herdersdicht (pastorale-1). Vooral in de renaissance (Dante, Petrarca, Spenser, e.a.) was het genre populair. De termen ecloge en idylle worden door elkaar gebruikt. Lit: A. Hulubei, L'eglogue en France au XVIe siècle (1938) E. Winsor, Vergil's 'Eclogues': landscapes of experience (1974) W. Clausen, A commentary on Vergil, Eclogues (1994) K. Volk (ed.), Vergil's Eclogues (2008).
|
|