Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdblokboekTerm uit de analytische bibliografie-1 voor een 15de-eeuws boek gemaakt van houtsneden. Aanvankelijk werden houtsneden vervaardigd door vellen of bladen (blad-2) papier op een uitgesneden houten blok te leggen en er met een tampon de inkt op af te wrijven. Meestal ging het om aan één kant bedrukte (‘anopistografische’) vellen, omdat men een inkt op waterbasis gebruikte, die door het papier heen ging. Door een aantal van zulke vellen na het drukproces met de ruggen tegen elkaar te plakken, ontstond wat men een blokboek noemt. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen puur xylografische (houtsnede) blokboeken, waarbij houtsnede en tekst uit één blok gesneden zijn, chiro-xylografische, waarbij de afbeeldingen houtsneden zijn, maar de tekst handgeschreven is (zoals bij het Blokboek van Sint Servaas, ed. Koldewey & Pesch, 1984) en typo-xylografische, waarbij de tekst bestaat uit losse gedrukte letters. Het oudst bewaard gebleven blokboek in de Nederlanden dateert uit ca. 1451. Het merendeel van de blokboeken werd geproduceerd tussen ca. 1470 en 1500.
De houtsneden voor deze armenbijbel (1483) waren gemaakt met verzaagde blokken voor een niet overgeleverd blokboek. [bron: Bibliopolis]
Lit: L. Kohut, ‘Das Blokbuch, insbesondere die Biblia Pauperum, ein Vorlaüfer des illustrierten Buches’ in Beiträge zur Inkunabelkunde. Dritte Folge 4 (1969), p. 112-122 G.J. Jaspers, De blokboeken en incunabelen in Haarlems Libry (1988), p. 17-27.
|
|