Goede vrydag ofte Het lijden onses heeren Jesu Christi
(1978)–Jeremias de Decker– Auteursrechtelijk beschermdChristus verresen.De Son-torts versch geresenGa naar voetnoot1013
Toont vriendelijcker wesen,Ga naar voetnoot1014
1015[regelnummer]
Geeft lieffelijcker licht als zy op Vrydag gaf;
De vrouwen rijsen ook, en geven sich na 't graf.
Geen bed en kan hen binden:
Sy spoeden om te vinden
En om te balssemen het lichaem van dien Heer,
1020[regelnummer]
Die in haer' sielen goot den balssem van sijn' leer.
Haer yverig vertrouwenGa naar voetnoot1021
En weet van geen verflouwen,
Haer' liefde breken sy om dood noch leven af;Ga naar voetnoot1023
Daer zijnse lest by 't kruys; hier weder eerst by 't graf.Ga naar voetnoot1024
| |
[pagina 135]
| |
1025[regelnummer]
Ver zijt ghy, vroukens, boven
De trage mans te loven;
Die ghy in Godsvrucht ver en moed te boven gaet:
Doch schoon ghy vaerdig komt, noch komt ghy al te laet.Ga naar voetnoot1028
Ghy vind dien uytgelesen
1030[regelnummer]
Dien grooten Held verresen
Eer eens des werelds torts ons' kim genaken kon,Ga naar voetnoot1031
En schoone morgen-ster geresen voor de Son.Ga naar voetnoot1013-1032Ga naar voetnoot1032
Wat soekt ghy by den dooden
(Dus vragen 's Hemels boden)
1035[regelnummer]
Of in het duyster graf den Vorst, die eeuwig leeft,
En nu al voor een' wijl het graf verlaten heeft?Ga naar voetnoot1033-1036Ga naar voetnoot1036
Sijn' lichaem hoeft geen' kruyen
Geplukt in 't werme zuyen;Ga naar voetnoot1037-1038
Het heeft al ander kruyd, al beter balssem-sout,Ga naar voetnoot1039
1040[regelnummer]
't Welk sijn verheerlijkt vleesch in eeuwig wesen houd.Ga naar voetnoot1040
De vrouwen op dit vragen
Staen angstig en verslagen,
En of se schoon de wacht gevelt sien en gevlucht,Ga naar voetnoot1043
Sy blijven niettemin voor haeren Heer beducht.Ga naar voetnoot1044
| |
[pagina 136]
| |
1045[regelnummer]
Schept moed, schept moed, o vrouwen,
Hy heeft het veld behouwen;Ga naar voetnoot1046
Uw Jesus heeft de dood ook in het graf vermant,Ga naar voetnoot1047
En nu volkomelijk verworven d'overhand:
Want alhoewel die kuyscheGa naar voetnoot1049
1050[regelnummer]
Soo moedig aen den kruysse
De dood al stervende vermant heeft ja gedood;
Wat waer 't, en waer hy niet verresen van de dood?Ga naar voetnoot1052
O dood waer is uw prickel,Ga naar voetnoot1053
Uw nederslaende sickel?Ga naar voetnoot1054
1055[regelnummer]
Waer, hel, is d'overhand, die ghy u had belooft?Ga naar voetnoot1055
D'een is (God dank) verstompt, en d'ander uytgedooft.Ga naar voetnoot1056
Juycht, juycht, o Christe scharen,
Uw Prins is opgevaren;Ga naar voetnoot1058
Hy heeft u los gemaekt van 's duyvels slaverny.Ga naar voetnoot1059
1060[regelnummer]
Wat snorkt ghy, Caesar, doch? wat, Alexander, ghy?Ga naar voetnoot1060
Wat wilt ghy onberadenGa naar voetnoot1061
Uw' daden by de daden
Verlijcken van dien Held, dien temmer van de dood?Ga naar voetnoot1063
Wech, purpre roovers, wech, 't verschil is al te groot.Ga naar voetnoot1064
| |
[pagina 137]
| |
1065[regelnummer]
Ghy overwont in 't strijden
Door leet doen, Hy door lijden:
Ghy hebt uw eygene eer, Hy 's Hemels eer betracht:Ga naar voetnoot1067
't Verderf waert ghy, Hy 't heyl van 't menschelijk geslacht.
En ghy, verkeerde RedenGa naar voetnoot1069
1070[regelnummer]
Wat spant ghy sonder reden
Uw' krachten tegens God en sijn vermogen in?Ga naar voetnoot1070-1071
Swicht, wereld-wijsheyd, swijgt, ghy sufster, ghy sottin:Ga naar voetnoot1072
Dit wonderlijk verrijsen
En laet sich niet bewijsen,
1075[regelnummer]
Als door 't geloove alleen; ghy blijft hier in den dut;Ga naar voetnoot1075
En waer 't geloove spreekt, daer is u 't swijgen nut.
Heer Jesu, hoor mijn' bede,
Geef dat mijn aerdsche redeGa naar voetnoot1078
Sich in uw hemelsch woord soo gantsch gevangen geef,Ga naar voetnoot1079
1080[regelnummer]
Dat sy geen punt daer van geen stipken wederstreef.Ga naar voetnoot1080
En geef my daer beneven
Dat self in desen levenGa naar voetnoot1082
Ik eens verrijsen leer uyt mijner sonden graf;Ga naar voetnoot1083
Trek, trek my buyten my en van my selven af:
| |
[pagina 138]
| |
1085[regelnummer]
Op dat ik na dit leven
In siel en geest verhevenGa naar voetnoot1086
Dit afgeleyde vleesch vergaen tot stof en slijk,Ga naar voetnoot1087
Ook eens verheffen sie, en worden 't uw gelijk. Amen, Amen.Ga naar voetnoot1085-1088Ga naar voetnoot1088
ENDE.
|
|