Verspreide en nagelaten gedichten(1869)–Johan Michael Dautzenberg– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 272] [p. 272] Verhevene liefde. Landlui zwoegen ter stad, merken bij 's weges rand Meelijsmeekend een kind: ‘God zal het weer u biên!’ Zij reiken eene aalmoes, hopend De vergelding te markt te zien. Blindlings stormt er een hoop tegen een sterker heir, Acht geen leven of dood, als er de zege lacht Met pluisjens en eerekruisjens Bij den slotte der heldenslacht. Aanzien winnen is 't doel van den geleerden stoet; Rijkdom gâren bevalt dorper en stedeling; Lust, weelde, genot en eere Overheeren den wereldkring. Hem, die nimmer om loon, nimmer om eigenbaat Mild, weldadig is, hèm bloeie de schoonste roos, Zinbeeld der verheev'ne liefde, Zoo vernoegd als belangeloos! Vorige Volgende