Verspreide en nagelaten gedichten(1869)–Johan Michael Dautzenberg– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 141] [p. 141] Vraag en antwoord. Wat zweeft door den rozigen morgennevel Zoo zachtekens tot den huize des Heeren? - Wat krektjens en snedig, Wat netjens en zedig Ter kerke snelt, Dat hoeft niet vermeld. Wat schikt en mikt met handen en oogen, Wat wispelt en kwispelt om haard en oven? - Wat knap en bestendig, Wat rap en behendig In huis is en hof, Wenscht roem noch lof. Wat neuriet des avonds uit den priëele Zoo lief als de slag der philomele? - Die trillende orgel, Die lillende gorgel, Hoe fijn gij ook spiedt, Die noem ik u niet. Vorige Volgende