IV
Op een zoeten en helderen Junidag werd te Brussel, op de Groote Markt, vóór het
Stadhuis, een schavot opgericht dat met zwart laken behangen was en nevens
hetwelk twee hooge palen stonden, met ijzeren pinnen. Op het schavot waren twee
zwarte kussens en eene kleine tafel, op dewelke een zilveren kruisbeeld stond.
En op dit schavot stierven, door het zweerd, de edele heeren van Egmond en van
Hoorne.
En de koning erfde.
En de gezant van koning Frans I, over Egmond sprekend, zeide:
- Ik heb daar het hoofd zien vallen van hem, die Frankrijk tweemaal dede beven.
En de hoofden der graven wierden op de ijzeren pinnen gestoken.
En Uilenspiegel sprak tot Lamme:
- De lijken en het bloed zijn met zwart laken bedekt. Gezegend zij die, in de
zwarte dagen die op handen zijn, het hart hoog en het zweerd recht zullen
houden.