Nieuwe geluiden(1924)–Dirk Coster– Auteursrecht onbekendEen keuze uit de poëzie van na den oorlog (1918-1923) Vorige Volgende [pagina 59] [p. 59] [Ik ben niet eenzaam sinds gij zijt gegaan.] IK ben niet eenzaam sinds gij zijt gegaan. Zooals het licht gansch om de wereld is Zijt gij met mij. Alle herinnering is Vager, en verder van mij heengegaan, Overgegaan, als bloemen in hun zaad, Onder de aarde. En dit is zoo vreemd Dat nu àl inniger de stilte neemt Aard van uw wezen, sinds van u begon Vergetelheid van woord en daad. Van dit gemis Drenkt zich de lucht om mij van u En ik verlies u, en ben gansch in u. - Lang sinds geleden heb ik droefenis Zeer liefgehad, om de gelijkenis Dat zij mij smart en vrede gaf van u. Maar zij is heen als gij, en nu Moest ik toch eenzaam zijn, nu niets gebleven is. Maar eenzaam ben ik niet. Ik wist het niet; Ik heb mij gansch op dit geheim bezonnen: Ik weet alleen dat in de stilte bronnen Van licht mij drenken met wat mij verliet. Vorige Volgende