Kompleete dichtwerken. Deel 3
(1863)–Isaäc da Costa– Auteursrechtvrij
[pagina 442]
| |
Gelukwensch aan meester en arbeiders ter drukkerij op het Spaarne, met het ‘imprimatur’ op het laatste blad der kompleete dichtwerken van Bilderdijk, door een corrector.aant.Von der Stirne heiss IJvrig, lustig, onverdroten
Werd een Klok ook hier gegoten -
't Oude Spaarne weet er van, -
Onder 't dak van Kruseman;
| |
[pagina 443]
| |
Klok, niet uit metaal geboren,
Die van op den slanken toren
Galmend, bommend, wijd en zijd
Orde en stem geeft aan den Tijd; -
Neen, gesmeed uit dunne bladen
(Wie ter wereld zou het raden?)
Zonder stoom en zonder vier
Uit met inkt gedrenkt papier.
't Kostte weken, maanden, jaren,
Eer wy d' arbeid kosten klaren; -
't Kostte zwoegen, zorg en zweet; -
Eindlijk kwam het werk gereed.
Corrigeeren, revideeren,
Langs de spoorlijn gaan en keeren,
Onder kruisband met de post! -
Eindlijk zijn wy afgelost.
Neen! Zie daar ons, al zijn leven,
Nog een boos Erraat verbleven,
Dat zich schuil hield in een hoek
Tot na d'afdruk van het boek!
| |
[pagina 444]
| |
Toch daar staat hy, Landgenooten,
Onze Klok! - hy werd gegoten!
Groet hem Willem Bilderdijk!
Kent ge een keurnaam, dien gelijk?
't Is in Nederlandsche steden
Meer gezien in 't grijs Verleden,
Dat een klok met reuzenkracht
Massaas in beweging bracht.
Maar de Klok, in deze dreven
Statelijk om hoog geheven,
Luidt door oproer noch alarm
Harten bang, noch hoofden warm.
Mogen soms zijn zware toonen
Onder Neêrlands jonger zonen
Kleppen onraad, luiden wraak
Onder waan en valschen smaak;
Hoor ze liever hooger stijgen,
Dwingen wangeluid tot zwijgen,
Galmen psalmen in de tent
Van 't gesternde firmament;
| |
[pagina 445]
| |
Uit de transen hymnen dond'ren,
Dat de menigte van ond'ren
Plotsling aanheft 's Heeren lof,
Biddend oprijst uit het stof! -
Ja, met lust en onverdroten
Werd een Klok ook hier gegoten -
't Oude Spaarne weet er van, -
Onder 't dak van Kruseman.
Leven meester, drukkers, zetters
Van die overkostbre letters
Die den zang van Bilderdijk,
Vorst van 't Neêrlandsch Dichtrenrijk,
Zullen voeren in wat oorden
Ooit in Nederlandsche woorden
Hooggestemde hemelval
Nog gehoor erlangen zal!
In den zweet van 't aangezicht
Werd in 't eind verricht
De plicht!
| |
[pagina 446]
| |
Maar de Zegen komt van Boven.
Laat ons loven
God den Heer,
Wien, by onze dankerkentnis, eenig toekomt lof en eer!
soli deo gloria. |
|