Dat 5. Capittel.
Vande onschuldige onvvetenheyt ende eerst in saken welcx weten onnodigh is.
Onschuldigh is alle onwetenheyt in saken, daer af het weten den mensche onnoodigh is, of onmoghelijck. Onnodigh is alle wetenheyt, sonder welcke die mensche Godsalighlijc mach leven. Sodanigh is het weten van veele consten, het weten van hoe vele en̄ wat dochteren Adam hadde, het weten waer Moyses begraven is, en̄ voorneemtlijck vande verholentheyden Godes. Gemerckt zijn salighmakende Liefde inde H. Schrifture ons niet altoos en heeft verborgen, van't ghene ons tot een Godsaligh leven nodigh is om te weten. So dat niet int weten vande verborgene, maer int ghehoorsamen vande geopenbaerde wille Godes, des menschen saligheyt gelegen is.