Lied-boeck(ca. 1575)–D.V. Coornhert– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [Folio F2v] [fol. F2v] li. Op de wyze: Psalm. 5. GOd schept den mensch ter zalicheden, Maar zotte wil hem sneven// doet. Dan komtmen weer int leven// ghoed, Alleen door doden en vertreden, Van quaden zeden. Tot dit verstand magh niemand raken, Dan door des heren heyligh// woord. Dat helpt den kleynen veyligh// voort Om hen door quaadheyds recht verzaken Zaligh te maken. Die hier het quaad zeyt ghoed te wezen, En hem van God niet raden// laat Blyft stadigh in zyn quaden// staat. Maar die ootmoedigh God wil vrezen, Wert heel ghenezen. Dees heeft Goods woord tot zynder spyzen. Hy sterft zyn wil en luste// quaad. Daar door hy in Goods ruste ghaat, Daar hy zyn God met dueghds bewyzen Waarlick kan pryzen. Vorige Volgende