Na hard lopen, vallen en opstaan, had de Indiaan de vrouw intussen tot bij een brede rivier achtervolgd.
‘Ziezo, als je werkelijk van me houdt, zal je me volgen op deze smalle brug naar de overkant’, zei de vrouw tot de man.
Hoog waren de golven van de rivier en het waaide als nooit te voren. Zonder dralen ging de vrouw over de brug. Er was een wachter bij de brug die Koenawa tegenhield. Na heel wat smeken en beloften doen, liet hij hem doorgaan.
Intussen was de vrouw aan de andere oever van de rivier gekomen. De Indiaan moest al zijn moed er bij halen om over de rivier op de smalle brug te gaan. Eindelijk na veel inspanning kwam ook hij aan de overkant van de rivier. Ook hier werd Koenawa door een strenge wachter niet doorgelaten. Het gekibbel tussen hem en de wachter liep zo hoog op, dat deze hem in de rivier gooide. Druipend nat klauterde de Indiaan weer uit de rivier. Weer na veel smeken en verzoeken mocht Koenawa door de poort gaan.
Als je echt zoveel van me houdt, zie ik graag dat je me steeds volgt, riep de vrouw weer tot de roodhuid. ‘Ik ben bereid door alle gevaren en hindernissen te gaan, als ik maar bij je mag blijven,’ antwoordde Koenawa.
Toen ging de vrouw door een doornenbos. In dit bos wilde de Indiaan de vrouw vasthouden. ‘Jij mag mij niet aanraken, want ik ben niet van deze wereld zoals jij,’ zei ze. Koenawa werd zodanig door de doornen gestoken dat hij wilde huilen..... Neen, alleen een ingehouden gekerm kwam uit zijn keel. ‘Wat is dat?’ riep de Indiaan uit. Hij zag ergens in een open veld een grote pot op 'n vuur. De inhoud bobbelde en draaide om en om, terwijl Joroka Tamoeroe, de grootvader van de duivels, in de pot roerde met een grote ijzeren lepel.
‘Zie je deze pot’, zei de vrouw, ‘door deze kokende massa moet je heen rennen.’
Bij deze woorden rende Okojoe, de slang, door de kokende pap. Want ook voor hem gold deze regel. De Indiaan echter durfde niet.
‘Nu ga ik je verlaten, want waar ik nu ga, kun je niet meer Toen werd Koenawa wakker en hij ontdekte dat hij over zijn vrouw gedroomd had.
Hij lag toen een hele tijd over de droom na te denken, en begreep toen dat hij in dit leven veel moet doorstaan om als man te worden aangezien.